KORTE BESCHRIJVING VAN HET TERHEIN OM KOTA TOEANGKOE, HAGOE EN KOTA BAROE (met kaart en schetsen.) Daar er reeds veel in dagbladen en ook in dit tijdschrift over den tocht van den 26en Juli 1889 is vermeld geworden, zonder dat van het manoeuvreerterrein eene behoorlijke beschrijving is ge geven, hoop ik door het volgende en door bijgaande schetsen den lezers eenig denkbeeld daarvan te schenken. Neemt men de kaart van Atjeh in 4 bladen, op de schaal van 120000, dan ziet men op 1200 M. ten Oosten van Kota Pohama en aan den Zuidkant der lagune eene kreek, die ook thans nog be staat, doch door den tijd een eenigszins anderen vorm heeft aange nomen. De westelijke arm dier kreek bestaat niet meer, terwijl de oostelijke in kampong Tjadé Kedjoeroean nog 200 M. doorloopt en daar in een moeras eindigt. De oevers dier armen zijn moerassig en met rizophoren begroeid. Eb en vloed zijn hier nog zeer goed merkbaar; bij vloed evenwel blijft de kreek doorwaadbaar, daar haar hoogste waterstand dan 6 dM. bedraagt. Op den westelijken oever der kreek, waar Kota Toeangkoe gelegen is en die door een loopbrug met den anderen oever verbonden is, bevindt zich eene vlakte, die met gras en alang-alang begroeid en, zooals het kaartje aangeeft, voor een klein gedeelte met zeer laag bakoe-bakoe bedekt is. Voetpaden geven gelegenheid ongezien naar de lagune te komen. Hetzij van uit de vlakte ten Zuiden en ten Westen van Tjadé Kedjoeroean of langs de lagune wordt opgerukt, eene bepaalde hindernis, die de ontwikkeling eener colonne of een stormaanval zou bemoeilijken, wordt daar niet aangetroffen. De Z. W. hoek der kreek is de plaats, waar de 1° comp. van het 14° ba taljon des morgens om 6 1ji uur in stelling heeft gelegen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 233