227 zien wij hem in Atjeh s velden in 1887den 9en April van dat jaar vinden wij hem ingedeeld bij het 3e bataljon infanterie. Het tijdperk is aangebroken, waarin Schordell zou toonen wie en wat hij was. Nadat men den 1™ October 1887 in Groot-Atjeh de zekerheid had verkregen, dat een sterke bende vijandelijke Atjehers zich had genesteld in het terrein, gelegen tusschen de Atjeh-rivier, de'kroëngs Titi Pandjang en Lehen en de zee, besloot de Civiel en Militair Gouverneur den dag daarop den vijand te verdrijven. Twee colonnes werden hiervoor aangewezen; de eene onder de be velen van den luitenant-kolonel S. J. E. J. Y. Barthélémy, de an dere onder den majoor J. A Yink, terwijl den luitenant-kolonel J. A. Yetter de leiding der operatie was opgedragen. De colonne Barthélémy waartoe behoorde het 3° bat on i n f, bij welks 3C compagnie de Eur. korp. Schordell, Alg. St. N°. 8697, was ingedeeld had in last om van Kota Radja via Pakan Kroëng Tjoet naar Kota Pohama te marcheeren, en van hier in westelijke richting op te rukken langs de beide zijden van den bamboedoeri pagger, die zich in de richting Oost-West van de kroëng Titi PaudjaDg tot Kandang Radja Bedil uitstrekt. Gekomen zijnde tot de vóór Bedil gelegen lijn Kandang Radja Perak Koewala Noord, zou aanraking worden verkregen met de op laatstgenoemde kampong gedirigeerde colonne Yink en daarna gezamenlijk op 's vijands positiën worden losgestormd. Ten 6 ure 50 min. v. m. te Kota Pohama aangekomen, ving de co lonne Barthélémy 10 min. later den marsch in westelijke richting aan. Bij het overtrekken van de kroëng Lellen, ter hoogte van onze vroe gere sterkte Moesapi, kreeg de colonne een hevig vuur van eene ten N. van Kandang Radja Perak, aan het zeestrand, opgestelde bende Aijehers. Terwijl aan de le en 2e compie' van het 3e baton. werd opgedragen den vijand te verdrijven en zij zich daartoe in N. richting, onder de bevelen van den kapitein W. C. Meuleman, afzon derden, ontwikkelden de twee overblijvende compagnieën van het genoemde korps zich bezuiden Kota Moesapi in gevechtsformatie en kregen deze, na in W. richting te zijn voorfgerukt, ten 8 ure v. m. de versterkte linie Kandang Radja Perak Koewala Noord in het

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 242