231 blij re Uw naam tot in lengte van dagen bewaard als die van een held. (1) Schordell?Goddank, hij leeft! Maar, o hemel, wat is hij vreeselijk verwond. Zeven klewnnghouwen vertoonen zich aan het hoofdvan de rechterhand zijn drie vingers en de linkerhand is na genoeg geheel weggeslagen en veertien gapende wonden geeft het bovenlijf te zien. De bloedige massa wordt voorzichtig opgetild en met de meeste zorg vervoerd. In de kleine ziekenzaal binnen onze versterking Edi is spoedig eene plaats voor hem ingeruimd en de zorg voor zijn behoud wordt door den menschlievenden geneesheer als verdubbeld, bij het besef van welke waarde het is om dezen dappere voor het leger niet verloren te doen gaan. Zelden was voor een verwonde de belangstelling zoo algemeen als voor dezen verminkte. Geen wonder waarlijk; Schordell was geen gewoon man. Toen hij den avond en zelfs den nacht nog haalde, die op den middag van den 8en volgden, gloorde in veler gemoed een straal van hoop en dacht men terug aan den luitenant Luske, die eertijds eveneens zwaar was verminkt en toch het leven er had afgebracht. De morgen van 9 Mei brak aan herhaaldelijk had men reeds vol belangstelling naar den gewonde omgekeken en zijn toestand niet verergerd geacht, doch kort, nadat op dien dag de zon haar hoogsten stand had bereikt, trad de geneesheer den belangstellenden tegemoet met de mededeeling dat het met Schordell ten einde liep Als één man stond men opeen laatste hulde mocht dezen dap pere niet worden onthouden. Op! naar zijne sponde; en als com mandant en officieren der expeditionnaire colonne om het sterfbed staan geschaard, dan spert Schordell nog eenmaal wijd de oogen open, met wakkeren blik ziet hij allen even aan, en als gaf hij uiting aan zijn gevoel van spijt, nu hij voor de eerste maal voor (1) Bij Koninklijk besluit van 12 Januari 1890 No. 16 is bepaald, dat de naam van Gaade (hij werd reeds twee malen eervol vermeld) in de Registers van de kan selarij der beide orden behoort te worden ingeschreven als R. der M. W. O. 4e kl.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 246