279 wijze te kunnen bereiken, omdat dan dezelfde muuitie gebruikt kan worden. Is dit werkelijk zoo, dan heeft hij zich vergist. Alléén 't verschil dat in de kardoesladingen voor beide vuurmonden zal bestaan, is reeds oorzaak dat niet met dezelfde soort draagbare munitiekist kan worden volstaan. Een klein kaliber als van 7,5 cM. is overigens geen voordeel, doch men was wel gedwongen zich daartoe te bepalen, omdat mortier en stoel nu reeds elk 50 KGf. wegen. De aanvulling van draagpaarden en hunne geleiders voor de op voet van oorlog te brengen veldbatterijen wordt gezegd ten allen tijde verzekerd te zijn. Aangezien schrijver per veldbatterij uittrekt 48 stukrijders, 60 Inlandsche kanonniers en 98 troepenpaarden, terwijl volgens de bestaande formatie op oorlogsvoet noodig zijn: 54 stuk rijders, 94 Inlandsche kanonniers en 157 troepenpaarden, zoo moeten bij oorlogsgevaar toch altijd zonder nog op de minste reserve te rekenen - voor de 4 veldbatterijen worden aangeworven: 24 stuk rijders, 136 Inlandsche kanonniers en 236 paarden. Of dit nu zoo heel gemakkelijk zal gaan, wordt nog betwijfeld. Er bestaat geen bezwaar tegen om de kustartilleristen en de tor- pedisten plaatselijk in één compagnie te vereenigen, indien dit schrij ver uit een administratief oogpunt gewenscht voorkomt. Daarmede houde dan evenwel ook alle verder verband op. Zoo zal echter minstens 1 officier meer per compagnie vestingartil lerie op Java moeten worden uitgetrokken, aan wien dan 't bevel over de torpedisten is opgedragen. LXXVII. De thans bestaande bepalingen op het over en weer detachee- ren van officierenwelke deze detacheeringen zeer kostbaar maken en het nut zeer tivijfelachtig doen zijnmoeten gewijzigd worden. Alleen luitenants van de Infanterie en officieren van gezondheid 2e klasse van het Nederlandsche leger moeten bij het leger in Indiëgedetacheerd kunnen worden terivijl alleen luitenants van de CavalerieArtillerie en Genie van het Nederlandsch-Indisch leger bij dat in Nederland gedetacheerd kunnen ivorden. Officieren der Militaire Administratie komen in beide legers niet voor detacheering in aanmerking.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 294