- 285 Volgens de bijlage C telt de hoofdcursus 80 leerlingen. Dit is te weinig om jaarlijks 40 officieren der Infanterie en 8 der Militaire Administratie te kunnen afleveren. Rekenende op -J- gedeelte, dat om de een of andere reden geen officier wordt, is vroeger reeds berekend dat alsdan 117 leerlingen noodig zijn. Of het onderwijzerspersoneel bij den hoofdcursus voldoende is, wordt in hooge mate betwijfeld. Bij de behandeling van stelling II der „Denkbeelden omtrent de organisatie van het leger" werd er reeds op gewezen dat bij eene formatie van 1 kapitein-directeur en 4 luitenants-instructeur niet op goed onderwijs mag gerekend worden. Waarom drie cursussen met elk slechts dertig leerlingen? Voor eiken cursus rekent schrijver op 1 kapitein en 2 luitenants, alzoo totaal op 9 officieren-onderwijzers. Voor één cursus met 90 élèves zou met kleiner formatie volstaan kunnen worden. Het totaal aantal leerlingen van deze drie cursussen is niet voldoende voor de jaarlijksche behoefte aan 2e luitenants der In fanterie en der Militaire Administratie. 14. De strafdetachementen. Uit de koloniale verslagen van de laatste jaren, blijkt het volgende Op den 31en December Bedroeg het aantal gestraften te Klatten (Europeanen). Bedroeg het aantal gestraften te Ngawie (Inlanders). 1884 86 47 1885 107 46 1886 93 34 1887 64 22 1888 54 24 Is het met deze cijfers voor oogen verantwoord, om, zooals schrijver doet, te rekenen op een bewakingspersoneel voor beide strafdeta chementen, samen van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 300