354
liest hij geen oogenblik zijn tegenwoordigheid van geest en, met het
heldere inzicht hem eigen, heeft hij ook reeds dadelijk het kritieke
van den toestand ten volle ingezien. Hier op dit punt moet en zal
hij stand houden, anders krijgen de kameraden der compagnie het
in den rug te kwaad of de le compie., die nog steeds in den pepertein
staat en onbekend is met hetgeen op hare linkerflank voorvalt, wordt
door den geheelen vijandelijken drom overvleugeld.
Met de revolver in de linkervuist geklemd en de schermsabel in
de rechterhand, staat hij daar door de zijnen omstuwd, strekt zijn
athletengestalte hun tot kraehtigen steun en krijgt de op een phalanx
gelijkende groep het massieve aanzien van den zeebreker, bestand
tegen het woedende element dat daartegen te pletter slaat.
Zijn koene en vastberaden blik, zijn indrukwekkende houding
oefenen een magnctischen invloed uit op zijne omgeving; een ieder
is doordrongen van het hoogst ernstige van den toestand; men
gevoelt het: een enkel blijk van zwakheid en met allen is het gedaan.
Het dreigend voorkomen dier compacte massa heeft den vijand
voor eene wijle onthutst en hij weifelt nog om tot den aanloop over
te gaan, doch reeds is, aan een donderslag gelijk, het eerste salvo
hem tegemoet gevoerd. Een tweede, een derde, ja zelfs een vijfde
volgen met bliksemsnelheid elkander op, en als na het laatste salvo
de rook is opgetrokken, dan ontwaart men uit de rij ter aarde uit
gestrekte lichamen, waarvan de laatsten a bout porfant werden neer
gelegd, dat 's vijands aanval is mislukt. Uoch dan is ook het tijd
stip aangebroken om de rollen te verwisselen. Door Wolvekamp
voorafgegaan, werpt men zich met gevelde bajonet op den tegen
stander, maar deze wacht den aanval niet af, maakt zich ijlings uit
de voeten en zoekt zelfs over de nabijzijnde rivier een goed heenkomen.
Na aldus op loffelijke wijze aan hare opdracht te hebben voldaan,
voegt de kleine, dappere schaar zich ijlings weder bij de noordwaarts
nog steeds in gevecht zijnde kameraden der compagnie, om met
hen de overwinning te voltooien.
Bij Koninklijk besluit van 12 Januari 1890 N°. 12 werd bepaald,
dat Wolvekamp ter zake van dit wapenfeit in de registers van de kan
selarij der beide orden zou worden ingeschreven als Ridder der Militaire
Willemsorde 4e klasse.