370
feit, dat geen infanterist, die slechts eenmaal te Telde is geweest, zijn
stem zou willen verheffen om, in navolging van hetgeen te dien aan
zien bij de Westersche legers is voorgeschreven, ook voor het onze te
doen bepalen, dat de fuselier alleen in bijzondere gevallen de bajonet
op het geweer geplant moet hebben.
Een waarheid is het ook, dat een onverhoedsche, op korten af
stand ondernomen klewangaanval van den Inlandschen vijand en
hoe vaak doen en deden zich die niet voor niet wordt weerstaan door
vuur alleen; een klewangaanval, zooals die van den 8en Mei 1889 op
de 4e compie. 3e baton., had enkel tot staan gebracht kunnen worden
door een tegenaanval met de bajonet en op staanden voet ondernomen.
Die attaque is tot staan gebracht door toepassing van deze zelfde leer,
doch uitgevoerd door eene andere afdeeling en nadat een enkel oogen-
blik van weifeling onder de eerst aangevallenen ons reeds zware ver
liezen had berokkend.
Is de veronderstelling gewaagd dat deze offers niet zouden zijn
gevallen, althans zeker minder talrijk, wanneer die offensieve geest
ook diep wortel had geschoten in de aangevallen compagnie?
En als men het met mij eens kan zijn, dat het een dringende
behoefte is voor onze infanterie, dat die geest zich over haar vaardig
make, dan vraag ik: kan de wijze, waarop de schermoefeningen thans
worden geleid, er toe medewerken om dat doel te bereiken?
Men is er bij het wapen vrij wel over eens in naam altijd,
inderdaad zou op die meening nog al wat aan te merken zijn dat de
exercitiën wars behooren te zijn van al wat naar 'paradecultuur zweemt,
maar dat de schermoefeningen rieken, en zelfs sterk rieken naar
assaut-dressuur, dat schijnt aan de aandacht te ontgaan.
Wat anders toch zijn die muren op sabel, degen en geweer, die
schermwalsen en andere dergelijke vertooningen, die de hoofdschotels
zijn van de assauts. Wat tijd en moeite worden hieraan niet ten
koste gelegd ten nadeele van die oefeningen, die in werkelijkheid de
quintessence der zaak uitmaken.
Wat diepe verbastering ook onder de nazonen van een fier en
krachtig voorgeslacht, om evenzoo door het trekken op de slof
de herinnering te willen levendig houden aan de schitterende tour-
nooispelen uit de middeleeuwen!