406
daarvoor aangewezen troepenmacht te Umballa moest wachten, alvorens
zij in Mei 1857 tot ontzet van Delhi kon oprukken.
De ondervinding gedurende dien oorlog opgedaan toonde daghelder
aan, dat voor het handhaven van de inwendige rust en orde en het
snel onderdrukken of voorkomen van ongeregeldheden in verschillende
gedeelten van het rijk mobiele colonnes moesten gestationneerd worden,
die in staat waren om binnen enkele uren volledig uitgerust te
velde te trekken.
Dienovereenkomstig zijn dan ook sedert 1861 in 48 verschillende
garnizoenen kleine voorraden transportmiddelen opgericht en op de
been gehouden, ten einde onmiddellijk kleine „mobiele colonnes",
uit de verschillende wapens en diensten samengesteld, te kunnen te
velde brengen. De samenstelling van de transportparken voor die
mobiele colonnes wijzigde zich natuurlijk naar den aard van de land
streek, waarin zij moesten optredeD. Zoo bijv. bestaat in beneden-
Bengalen, Assam en Burma, waar weinig verharde wegen zijn en het
land overdekt is met natte sawah's en allerwege met rivieren en
stroomen doorsneden, het transportpark in hoofdzaak uit olifanten en
vaartuigen. In de Punjaub, Westelijk en Noordelijk Indië bestaat
het park voor het grootste gedeelte uit kameelen en olifanten. In
Madras, waar kameelen niet gebruikt worden en weinig kunnen
tieren, heeft men olifanten, draagossen, muildieren en eenige kameelen.
Aan elke mobiele colonne is een klein getal dooly- (tandoe-) dragers
toegevoegd voor het vervoer van zieken en gewonden, alsmede water
dragers en andere vrije bedienden (comp. followers). De olifanten,
bij de transportparken ingedeeld, zijn alle gouvernementseigendom
maar de kameelen, karren en lastdieren zijn meerendeels gehuurd.
De bepalingen, ter zake in 1861 uitgevaardigd, schreven voor dat
de mobiele colonnes ook nu en dan moesten worden gemobiliseerd
en jaarlijks eenige dagen in dien vorm buiten het garnizoen moesten
doorbrengen. Maar gedurende de laatste 10 jaren is dat slechts zeer
zelden en in verscheidene garnizoenen in het geheel niet geschied.
Geen gedeelte van de transportparken is ingedeeld geweest bij de
troepengedeelten, waaruit de mobiele colonnes zijn samengesteld slechts
weinig officieren en zelfs troepenkorpsen waren bekend met de hun
bij die colonnes aangewezen plaatsen en hun werkkring, en het eenige,