- 424
Het kruit is niet hygroscopischmocht het echter door toevallige
omstandigheden nat zijn geworden, dan behoeft men het slechts te
drogen bij eene temperatuur, welke die van kokend water niet te boven
gaat, en het daarna gedurende één of meer dagen aan de lucht bloot
te stellen.
Ten slotte vermeldt de uitvinder als resultaat der door hem ge
nomen vergelijkende proeven, dat
3,41 6,83 10,25 13,67 27,34 41,01 44,42 grein E. C.-kruit
hetzelfde nuttig effect opleveren als:
6,83 13,67 20,50 27,34 54,68 82,02 88,85 grein zwart kruit,
m. a. w.dat eene gewichtshoeveelheid E. C.-powder equivalent is
met de dubbele gewichtshoeveelheid zwart buskruit. De buskruit-
lading moet voorts in de patroonhuls sterk aangedrukt en de huls
flink gewurgd worden.
Behalve de genoemde kruitsoort, die te Stowmarket wordt ver
vaardigd, is in hooge mate de uitvinding belangwekkend van onzen
Duitschen wapenbroeder, den Pruisischen luitenant der artillerie
Eduard Schulze te Hetzbach. Ook met dit kruit waren wij in de
gelegenheid enkele proeven te nemen. Het is bijna absoluut rook
vrij, geeft weinig recuul, laat geen noemenswaard résidu achter en
houdt een groot arbeidsvermogen gebonden, dat bij détonatie aan
het projectiel eene aanzienlijke snelheid, een gestrekte en zekere
baan en een verrassend indringings vermogen verleent.
Het Schulze-kruit bestaat uit 1 deel genitreerde hars, 5 deelen
pyroxiline (hout-nitrocellulose) en 6 deelen salpeter; onder toevoe
ging van een bindmiddel wordt dit mengsel gekorreld en met parafine,
collodium of anderszins geglansd. Het aldus verkregen buskruit
is niet brisant; niettemin heeft het in vuurwapenen gebruikt, eene
krachtige (en betrouwbare) uitwerking.
Bij de bereiding der bestanddeelen kan gebruik gemaakt worden,
zoowel van hars in vasten toestand (colophonium) als van terpentijn,
terpentijnolie en andere harsachtige zelfstandigheden het verschil in
de wijze van nitreeren dezer vaste en vloeibare (of weeke) harsen
bestaat daarin, dat vaste harsenna te zijn gekleind, met salpeter
zuur worden overgoten, terwijl vloeibare harsen worden genitreerd
door de salpeter met tusschenpoozen toe te voegen, in beide gevallen