498 -- het trefvlak voor den afstanddus de doorsnede van den kegel op ware grootte. Hij ziet dus de plaats waar hij raken moet als hij juist op het midden van den onderkant richt; houdt men nu verder er de hand aan, dat hij zoo nauwkeurig mogelijk het punt noemt, waarop hij afkomtden heeft men voldoende gegevens om over zjjne begane fouten te oordeelen. Die nu, zooals Fandio, beweert, dat de soldaat deze oefeningen niet met opgewektheid bijwoont, bewijst alleen, dat hij er geen slag van heeft om het den man duidelijk te maken begrijpt de schutter het doel der oefening, dan spant bij zich evenzeer in om zijn kogel op de rechte plaats te brengen, als bij het schieten op rozen. Tegenover Fandio's ondervinding, waarop hij zich in zijn opstel nog al laat voorstaan, stellen wij met gerustheid de onze. De oefeningen der le klasse op tactische schijven zijn eene voort zetting van die der 2e klasse; doch daar de schutter thans geleerd heeft zijne richtfouten te beoordeelen en hij ook zijn geweer beter kent, zijn de doelen nu kleiner. De daarmede gepaard gaande oefeningen op de cirkelschijf dienen niet, zooals Fandio beweert, om hem het punt te leeren treffen, waar op hij richt, maar om hem over de spreiding van zijn wapen te leeren oordeelen; op deze wijze leert hij den graad van juistheid van zijn geweer kennen, en in verband daarmede zijn mikpunt kiezen; ook leert hij de trefkans beoordeelen op doelen van kleinen omvang. Als hij ondervindt, hoe zeldzaam een 5 geschoten wordt, weet hij ook hoe moeilijk het valt een kop te raken. Omtrent de oefeningen der scherpschutters heerscht, naar wij ver nemen, nog al verschil van opvatting. In 119 S. V. zijn eenige oefeningen aanbevolendoch ze zijn geenszins verplichtend gesteld. De compagniescommandant heeft volle vrijheid in de keuze der oefeningen; hij kan het vizier bepalen of aan den schutter overlaten, eveneens de houding, waarin geschoten wordt, uitgezonderd bij de oefeningen op de cirkelschijf. Hoe het mogelijk is, dat een Indisch infanterie-officier voor de tirailleurlinie de zittende houding kan aanbevelen, is ons een raadsel. Yoor den aanvaller is het toch een eerste vereischte, dat hij zijn troep

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 513