551 trend de ontwerpen en voornemens van den vijand te Meester Kor- nelis intewinnen. Er kwamen later te Buijtenzorg een menigte menschen aan die noch den moed noch de middelen bezaten, om zich op marsch naar Samarang te begeven. Had men te Buijtenzorg eenige troepen kun nen verzamelen en organiseren, dan ware de kas en het Detachement dat onder bevel van den Majoor Blanc dezelve escorteerde, niet in de handen des vijands gevallenmisschien was door ons ook Cheri- bon hernomen, en den Generaal Jumel alsdan niet ïn gevangenschap geraakt. Duizend man geregelde troepen te Serondel, zouden de Engelschen hebben doen zien, dat de verovering van Meester Kor- nelis het lot der Kolonie noch niet beslist had. Te Samarang aangekomen, had den Gouverneur Generaal Janssens, ziende de wijnige troepen die hem overbleven, en niet op de onder steuning van den Keizer van Solo, en van den Sultan van Djocjacarta kunnende rekenen, zich zonder uitstel naar Soerabaija moeten begeven, alle de kleine garnizoenen in de plaatsen langs den weg, tot zich moeten trekken, en met zijne overige macht te Soerabaija moeten vereenigen. Het fort Lodewijk had een sterk garnizoen en was van alles goed voorzien, terwijl dat gedeelte van het Eijland vele hulpmiddelen op leverde. Door de tegenwoordigheid van den Gouverneur Generaal zouden de Madureesche Prinsen genoopt zijn geworden, aan ons Gou vernement getrouw te blijven. Men ware daardoor in staat geweest den Prins van Sumanap bij te staan, die na door de Engelschen tot de overgave gedwongen, ook het verraad van dien te Bancallang tengevolge had. Dit zoude de Prinsen die steeds het Hollandsche Gouvernement toegenegen waren tot hunnen pligt gehouden hebben, doch, nu door ons verlaten, en zich niet zelve tegen de Engelschen kunnende ver dedigen bleef hun geene andere keus over dan zich overtegeven. De beide zonen des Prinsen van Bancallang hadden den rang van kolonel in onzen dienst en waren in garnizoen te Soerabaija. Ka den eenen zoon, onder een voorwendsel bij zich geroepen te hebben, liet hij den anderen met het geheele legioeu madureezen van Soerabaija deserteeren, waarna Hij, die vroeger het Hollandsche Gouvern ement, zoo toegenegen was, een onbeschoften brief aan den Prefect Gold- bach schreef, behelzende het berigt, dat hij zich voortaan als onder-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 566