79 Hoewel Hit nu geen hoog bedrag vertegenwoordigt, is het voor den C_ C. eene uitgaaf, die geregeld om de vijf, zes dagen terugkomt, en hoe gering ook, blijft zij onaangenaam. In vroeger jaren werd of kon die uitgaaf gemakkelijk gevonden worden door ze nl. ten laste van het zoogenaamde vetboekje te brengen. In dat vetboekje, waarvan de ontvangsten werden verkregen uit den verkoop van vivres, werden toch alle uitgaven geboekt, die de C. C. niet van zijne toelage voor schrijfbehoeften kon bekostigen. Sedert echter dat boekje ter ruste is gedoemd en de verkochte vivres aan den voet van iedere rekening in het menageboek moeten worden geboekt, bestaat er geen wettig middel om dat zg. wisselgeld te verantwoorden. Ten laste der menagerekening, zooals dit enkele jaren geleden bij som mige korpsen geschiedde, mag die uitgave niet gebracht worden en werd dit dan ook o. a. in le mil. afdeeling door den afdeelingscommandant zeer terecht verboden. O. i. vergat echter ZHEG. bij dat verbod te vens aan te geven, hoe die gelden moesten verantwoord wordenmet die ver bodsbepaling werd die uitgaaf toch niet voorkomen. En even onbillijk toch als het is, om die uitgaaf ten laste der menage te brengen, even onbillijk is het den C. C. daarmede te belasten; of verkeerde ZHEG. soms in de meening dat de indemniteit voor schrijfbehoeften zoo ruim berekend is, dat het wisselgeld daaruit gemakkelijk kon bestreden worden. Dat die meening onjuist is, zullen we later eens aantoonen. Zooals gezegd, be hoort ook deze uitgaaf tot de onbillijke belastingen, den C. C. opgelegd. Waarom ze dan niet, met de hiervoren bedoelde, ten laste van don Lande gebracht?

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 90