171
Bij het verlaten van Pounégui voerde de colonne zes dagen levens
middelen met zich; nl. 4 bij de menschen en de paarden en muildieren
en 2 in den administratietrein.
Intusschen brachten de inlichtingen van de vooruitgezonden spionnen
nog geen nieuws omtrent den Marabout. Het land was verlaten de dorpen,
die men tot nu toe was doorgetrokken, waren door de bewoners verla
ten. Het struikgewas werd al dichter en dichter. De verkennings- en de
voorpostendienst werden met eene uiterste gestrengheid verricht. Een der
lieden van Saada-Amady berichtte ons, dat het dorp Soutouta, het voornaam
ste van de landstreek Tiali,diede heerschappij van Mahmadou-Lamine erkend
had, onbezet was. Een te Koussan ontvangen brief van de 2e colonne,
bracht mij in kennis met de moeilijkheden, ondervonden bij het overtrek
ken van de Falémé nabij Bontou, en met de noodzakelijkheid, om zich
naar Farabanna te begeven, waar volgens aanwijzingen een betere doorwaad-
bai'e plaats moest zijn. Een tweede te Ivaparta ontvangen brief deelde mij
mede, dat de commandant Yallière ook bij Farabanna van den overtocht
had moeten afzien en zijn marsch naar Sansanding moest vervolgen
Door dit oponthoud in den opmarsch van de 2e colonne werd ik ge
noodzaakt de oorspronkelijk gegeven orders te wijzigen en onze aankomst
te Dianna een dag te vertragen. Ik belastte drie olifantenjagers uit de
streek, om langs verschillende richtingen aan den commandant Yallière
den brief te brengen, waarbij ik hem met deze verandering in kennis
stelde. De inlichtingen, bij den kapitein Robert, die reeds vroeger
den overtocht bij Sansanding verricht had, ingewonnen, deden mij bovendien
gelooven dat hier eene goede doorwaadbare plaats voor de 2e colonne
zou worden gevonden. Ik stelde daarom den marsch voor de twee colonnes
vast, zooals hieronder volgt.
DATUMS.
le Colonne.
2e Colonne.
20 December
21
22
23
24
25
Pounégui
Kaparta.
Soutouta.
Kéravané
Pétéboki
Dianna
Sansanding (link. oever)
Goulanga
Dalafine
Niossonko
Sanoundè
Dianna