- 204 aantreft tegenover welke andere heuvels liggen voor de vijandelijke artillerie. In de kuststreken vindt men die zeker niet en vervalt men alsdan steeds in eene groote moeielijkheid wat de keuze der stellingen betreft. Het doel is daar dikwijls niet tot op kniehoogte zichtbaar, en is men alsdan verplicht voor het richten zijn toevlucht te nemen tot bijzondere richtwijzen. Hoofdzakelijk met het oog hierop zijn de richtmiddelen van het tegenwoordige achterlaadgeschut anders ingericht dan bij het voorlaad- geschut en is er een reglement verschenen, waarin het richten als eene op zich zelf staande kunst wordt onderwezen. Nu zou hiermede eene groote schrede voorwaarts zijn gedaan, indien de richtmiddelen zoodanig waren ingericht, dat ze konden worden behandeld zonder vooraf de geheele dosis geleerdheid van ons richt- reglement te hebben verwerkt. Met de tegenwoordige richtmiddelen is het niet mogelijk hetricht- reglement eenvoudiger en minder geleerd te maken. Op welke wijze hierin echter door wijziging der richtmiddelen verbetering is te breDgen, zal hieronder worden aangetoond. Aannemende dat alle richtmiddelen den lezer volkomen bekend zijn, zullen wij de ondervolgende aan een nader onderzoek onder werpen, nl. den opzethet richtloodde vizierkorrel, het stelradhet quadrant en de schootstafel voor officieren. A. De Opzet. Een technisch gebrek, dat den opzet aankleeft, is dat het richt- blokje reeds na kortstondig gebruik in het Mg. kokertje gaat wag gelen. Dit is zeer hinderlijk voor den richter en heeft verlenging of verkorting van de richtas ten gevolge. Ook zal bij het vooroverhellen van het richtblokje het pijlstreepje niet aansluiten aan de correctieschaal-verdeeling, waardoor derhalve de correctie niet altijd met de noodige juistheid kan worden aangebracht. Het grootste bezwaar, aan de tegenwoordige inrichting van den op zet verbonden, is echter dat men hem niet kan stellen zonder gebruik te maken van een schootstafel en zonder in sommige gevallen nog aanteekeningen te moeten maken. Deze heide zaken nu maken den opzet voor gebruik te velde geheel en al ongeschikt.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 223