221 voeren, vermeerderd met 257 tenten voor Europeanen (16 man per' tent), wegende 74632 KG., of in het geheel 434.632 KG. Aan die behoefte voor de Punjaub kan dus zonder bezwaar worden voldaan; zelfs zou veilig de eisch hooger gesteld kunnen worden, daar het zeer onwaarschijnlijk is dat in het veronderstelde geval niet zou kunnen beschikt worden over het Punjaub-grenslegerbovendien zou ook zonder bezwaar kunnen gerekend worden op de 'parken der depots in de aangrenzende provinciën. Het is echter ter beoordeeling der waarde van het stelsel beter alleen met ongunstige omstandigheden te rade te gaan, hetgeen ook geldt ten opzichte van de gevallen, die zich in Bengalen, Bombay en Madras kunnen voordoen. Voor Bengalen gelden dezelfde eischen als boven, nl. een trein geschikt voor het vervoer van een gewicht van 434.632 KG. voor eene troepenmacht van 10000 man; hiertoe kan worden beschikt over den trein der Rohilcund-colonne, over dien van twee dor drie brigades in de Punjaub en over de pafken van de depots in Ben galen (met uitzondering van het Assam-depot, dat geïsoleerd ligt,). Met een en ander kan vervoerd worden een gewicht van 529.290 KG., dus meer dan voldoende. Voor Bombay is noodig een trein met een capaciteit van 348.4S0 KG., voor het mobiliseeren eener macht van 8000 man. Beschikbaar is de trein van twee der drie brigades in de Punjaub en de helft van dien der Rohilcund-colonne, die zelfs voor dat doel voordeeliger lig gen dan vele troepen van het Bombay-legerhierbij gevoegd de parken der depots in Bombay, verkrijgt men een trein met een ca paciteit van 394.435 KG., dus meer dan noodig is. In Madras moet kunnen gemobiliseerd worden eene macht van 5000 man en deze heeft noodig een trein met een capaciteit van 218.090 KG. Voor Madras zelf kan gerekend worden op de parken in de depots der aangrenzende provinciën, maar met Burma, dat een bezetting van het Madras-leger heeft, is dat niet het geval, en hierin ligt wel eemgszins, hoewel dit niet te vermijden is, het zwakke punt van het stelsel. Met het oog op die eventualiteit kan worden be schikt over den trein van de troepen aldaar, alsmede over dien van de bezetting van Rangoon; een en ander, vermeerderd met de par-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 240