MILITAIRE ZIGZAG
FANTASSIN.
Voor den tot man gerijpten jongeling, die na volbrachte studiën
Indië s bodem betreedt, heeft de eerste kennismaking met de hoofd
stad van het groote eilandenrijk eene eigenaardige bekoring.
Heeft hij, door de nog maar kort achter hem gelegen schooljaren, het
beeld nog goed voor oogen van dat fier en krachtig voorgeslacht,
dat den grond legde tot 's lands onafhankelijk voortbestaan, dat beeld
krijgt vorm en leven als hij den grond betreedt, die bij uitstek kan
worden aangemerkt als de zwijgende getuige van ongewonen man
nenmoed en onbezweken volharding, die elementen van den voorva
derlijken ondernemingsgeest, waaraan het Rijk der Nederlanden tot
in onze dagen zijne beteekenis als zelfstandige staat verschuldigd is.
Want die kloeke zin onzer vaderen, in hangen nood en onder schan
delijke onderdrukking ontkiemd en door een hardnekkigen strijd van
tachtig jaren ontwikkeld en tot vollen wasdom gebracht, hij heeft
ons verlost van dwingelandij en vreemde overheersching, hij heeft ook
de Vrije Republiek der Zeven Vereenigde Provinciën het hooge aan
zien geschonken, waarin het allerwege stond gedurende de laatste
helft der 17e en het eerste decennium der 18e eeuw.
Hoe na het voor ons zoo roemrijke einde van den Spaanschen suc
cessie-oorlog de Republiek al lager en lager daalde van het hooge
standpunt door haar ingenomen, mag ongetwijfeld als bekend worden
aangenomen.
Met de schatten, die „de Generale Nederlandze Geoctrojeerde Oost-
Indische Maatschappij" naar het vaderland deden vloeien, veranderde
de volksaard die zooveel groots gewrocht had. De gemakkelijke wijze,
waarop de middelen tot levensonderhoud den volke werden te gemoet
gevoerd, doofde van lieverlede den weleer zoo hoog genoemden on-
DOOR