418 doel, wel duidelijker zichtbaar zijn, waardoor op die schijf veel kleiner richtfouten worden gemaakt dan op het doel. Stel dat in het boven bedoeld geval het doel op 2000 M. afstand is gelegen en dat de richter daarop lichtende eene fout van 1 °/00 maakt, maar daarentegen op de schijf eene fout van 0,3 °/00 (waarlijk geene overdreven ver houdingen), dan bedraagt de fout op het doel iu het eerste geval 2 M. en in het laatste slechts 0,6 M. De hierboven aangehaalde fout van 1 M. wordt dus ruim weder vergoed door de meer nauw keurige richting. In het belaug van het vlug en juist richten zou het dus aanbe veling verdienen om steeds een baken als hulprichtpunt te plaatsen, indien het terrein geene hulprichtpunten oplevert, die men even scherp en duidelijk ziet als een baak op 40 M. afstand. Hiermede ben ik aan het eind mjjner beschouwingen over onze richtmiddelen gekomen. Tot nu toe is men genoodzaakt om het ge dekte terrein te ontwijken wegens de groote moeielijkheden, die het richten daarin veroorzaakt. Meermalen zag ik dat eene kleine terreinplooi van hoogstens 0,7 M. hoogte oorzaak was dat het le schot 10 minuten te laat viel. Ook moeten tot nu toe de sectiecommandanten nagenoeg alles per soonlijk regelen bij bet indirecte richten. Richters en stukscom mandanten begaan daarbij dikwijls de schromelijkste fouten. Eu wanneer men nu nagaat dac juist het geaccidenteerde terrein onze beste dekking is, veel beter dan de dikste borstwering of wal, dan mag alles wel worden aangewend om de artillerie in zulk terrein zoo vlug mogelijk te doen richten en vuren. Yooral de bergartiiierie zal hierdoor in staat worden gesteld om met succes den strijd te aanvaarden tegenover eene Europeesche veldartillerie, wier vuurmon den op hooge affuiten een duidelijk zichtbaar doel opleveren, en wier projectielen met hunne gestrekte banen de achter dekkingen opge stelde bergartiiierie niet kunnen bereiken. Schootsvelden boven 1500 M. zijn zeldzaam in onze Indische terreinen, en op dien afstand heeft onze bergartiiierie eene zeer voldoende trefkans, en kan zij zich door haren grooten élevatiehoek zoo dicht achter terreinplooien dekken, dat zij daardoor binnen de bestreken ruimte der vijandelijke projec-'

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 437