481
Het gewicht van een Europeaan bedraagt vooral met wapens en
uitrusting al spoedig 80 a 90 KG. eu dat gewicht moet nu door
twee man vervoerd worden, terwijl elk hunner gevoegelijk hoogstens
20 KG. kan dragen; hoe nu dat dragen geschiedt, kan men zich
denken. Aanhoudeud geschud eu gestooten, wordt de patiënt in een
gebogen houding als het ware in de hangmat geregen en gekneld,
meer voortgesleept dan gedragen. Voor een zieke is dit reeds pijnlijk en
onaangenaam, maar voor een gewonde, die toch al lijdt, is zulk een ver
voer een ware marteling. Dat nadeel tracht men wel zooveel mo
gelijk te vergoeden door bij een tandoe vier dragers in te deelen,
maar dat verbetert den toestand weinig, daar het dragen met meer
dan twee pesonen te gelijk uiterst mueielijk en onvoordeelig is en
dus de dragers elkander voortdurend moeten aflossen, wat intuschen
het lijden van den patiënt nog vermeerdert.
Het is dan ook een treurig verschijnsel dat in al die jaren het
aan onzen geneeskundigen dienst niet is mogen gelukken om een
draagtoestel te bedeuken, waarmede althans het vervoeren van ge
wonden te velde op eenigszius redelijke wijze kan plaats hebben;
het is niet voldoende dat in de hospitalen onze zieken eu gewonden
uitstekend behandeld en verzorgd worden, maar voor het vervoer
derwaarts en wel met den meesten spoed moet meer gedaan worden
dat eischen de menschelijkheid en ons eigen belang. Zou men nog voor
het vervoeren van zieke Inlanders met het oog op hun gewicht, dat
meestal niet veel meer dan 50 KG. bedraagt, kunnen volstaan
met de thans in gebruik zijnde tandoes, omdat die er nu eenmaal
zijn, voor de gewonden moet een draagtoestel gezocht worden, waarin
zij geheel vrij uitgestrekt kunnen liggen, beschermd tegen zon en
regen, dat op den grond moet kunnen worden neergezet en aan
twee kanten open is om den gewonde te kunnen helpen of verbin
den, bovendien niet te zwaar, ten einde door twee of drie man met
een drager als reserve te kunnen vervoerd worden. Dat vraagstuk
moet de geneeskundige dienst oplossen; doet hij dat niet, dan blijft
hij beneden zijn roeping; gelet op de zeer groote voordeelen, welke
die dienst in de laatste jaren als een gevolg van de omstandigheden
genoot, is de eisch om op dat gebied iets bruikbaars te leveren,
geenszins onbillijk.