499 Op 100 M. Boven. Onder. Rechts. Links. Boven. Onder. Rechts. Links 1 16,5 1 45 8 2 21 7 26,5 12,5 3 25 8,5 52,5 14,5 4 16,5 15,5 18,5 26,5 5 20 26 55 36 99 57 197,5 8 - 89,5 20 (par.h.afw.) 1 39,5 8 (par.h.afw.) 56 —81,5 55 11 (par.br.afw.) (par.br.afw.) 16,5 Op 125 M. 1 19 88 5 2 16,5 2 89 ïi 3 15 14 96 12 4 4 21 119 30 5 1 7,5 46 6 Tot. 55,5 44,5 3,5 438 5 59 55 11 (par.h.afw.)— 3,5 —87,5 5 (par.h.afw. 41 54 8 (par.br.afw.) (par.br.afw.) 11 De verkregen parallelle hoogte-afwijkingen (par. h. afw.) zijn de vluchthoogten van de baan van 150 M op de afstandeu van 50, 75, 100 en 125 van de tromp van het geweer. Door die afstanden volgens zekere schaal (bijv. die van 1500) uit te zetten op een horizontale lijn, die de vizierlijn aangeeft, door verder in de overeenkomstige deel- punten loodlijnen op te richten, die de verkregen vluchthoogten voor stellen volgens een schaal van bijv. 110 en door eindelijk tusschen de andere uiteinden dier loodlijnen zoodanig vloeiende kromme lijnen te trekken, dat de algebraïsche som der afwijkingen dier uiteinden V V n n n D •n n w •n n V J1 V CO n V JJ n >5 V)

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 520