556
van den troephet stelsel, tot welks verval bij de westersche legers
de Napoleontische oorlogen den voornaamsten stoot gegeven hebben,
doch waarvan wij niet bij machte zijn ons los te maken door de
bijzondere toestanden, waarin wij hier verkeeren. Want, zijn onze
operatietooneelen in den regel ons vooraf al zeer weinig be
kend, door de omstandigheid, dat de streken, waarin wij strijd
voeren, ook veelal geene of zeer schaarsche middelen bezitten om te
voorzien in de voeding van den troep, worden wij gedwongen zelf
alle benoodigdheden mede te voeren en daar dit geschiedt onder hoogst
bezwarende omstandigheden een reeds in vredestijd georganiseerde
transportdienst toch bestaat er niet en hoe het met de communicatie
middelen gesteld is in een land, waar wij ons voor't eerst vertoonen,
is voldoende bekendzoo maakt dit ons verplegingsstelsel zooveel te
moeilijker en worden de uit den aard daaraan verbonden nadeelen
ook zooveel te grooter.
Geen beter bewijs voor de hier verkondigde waarheid dan de nood
zakelijk geworden staking van onze operatiën in de XXII Moekims
van 1 Augustus 1878 tot den 23en Maart van het daaropvolgende jaar.
Zijn alzoo de bezwaren aan onze oorlogvoering verbonden in dit
opzicht van groote beteekenis, als het operatietooneel in de vlakte
tegen dat in de bergen wordt verwisseld, nemen die bezwaren minstens
in drievoudige mate toe.
Wat blijft, na toetsing aan een bergland als Flores, er eigenlijk
nog over van de normen voor het oorlogstooneel in den bergoorlog,
zooals men die in de verschillende werken vindt uiteengezet met
terugzicht op de bergterreinen van Midden-Europa? Ginds, zelfs
in het hooggebergte, de aanwezigheid van straat- en spoorwegen niet
uitgeslotende gebergten van middelbare hoogte in ruime mate ge
legenheid biedende tot het onder dak brengen van man en paard en,
doordat het meest benoodigde, als aardappelen, rogge en haver, ook
op die hoogte wordt geoogst, tevens voeding opleverende voor beiden.
En op Zuid-Flores? Yan een pad, bruikbaar voor den soldaat of
den lastdrager is geen sprake; in de menigvuldige, diep ingesneden
ravijnen met hunne steile hellingen vordert het maken van een door
gang dagen achtereen de inspanning van alle krachteneen onder-