DE PHAIIMACEUTISCHE DIENST.
Het Indisch mil. tijdschrift, gewijd aan de belangen van het
Nederl.-Ind. leger, is de aangewezen plaats om de belangen van
eenig onderdeel van dat leger te besproken, ook al betreft het slechts
een klein onderdeel van een dienst.
Deze overweging geeft mij den moed de aandacht te vestigen op
den treurigen toestand, waarin zich de Pharmaceutische Dienst in
Indië bevindt.
In hoofdzaak wil ik de beide volgende stellingen verdedigen.
I. De verhouding van de apothekers en den chef der ziekenin-
richting is in vele opzichten in strijd met de discipline.
II. Het leger trekt van het korps militaire apothekers Diet dat
nut, wat het zou kunnen vorderen.
I.
De verhouding van den E. A. W. apotheker tot den chef der
ziekeniorichting is omschreven in de volgende artikelen v/h regle
ment op den inwendigen dienst en de politie bij de mil. ziekenin-
richtiDgen.
Art. 21. Het geneeskundig en bedieningspersoneelstaat
rechtstreeks onder zijne (chef der ziekeninrichting) bevelen.
Hij treedt tegenover dit personeel als compagnies- en gedeeltelijk
als korpscommandant op, overeenkomstig enz.
Art. 28. Hij (de chef) is tevens verantwoordelijk voor de goede
en geregelde uitoefening van den pharm. dienst en verplicht zich op
onbepaalde tijden, doch minstens eenmaal in de drie maanden, door
persoonlijke inspectie te overtuigen van den toestand der apotheek
in het algemeen en van den voorraad, de qualiteit en de wijze van
bewaring der geneesmiddelen enz. in het bijzonder.
De E. A. W. apotheker staat dus rechtstreeks onder de bevelen