Zulu's genaamd, eene natie of eene bevolking geweest zonder politieke
beteekeniswaarmede geene betrekkingen of aanrakingen behoefden
te worden onderhouden, dan zou, zonder aanleiding tot verandering
tengevolge van aanrakingen met het buitenland, de politiek van
onthouding nog geruimen tijd zijn vol te houden geweest tot ver
mijding van eenen altijd minder gewenschten oorlog met dat volk.
Dat was echter geenszins het geval; door de overheerschende
positie, die de Zulu's sedert jaren onder de Inlandsche volksstam
men van Zuid-Afrika hadden ingenomenhun verleden en hunne
krijgshaftigheid, door den sterk gecentraliseerden vorm van bestuur
en de goede organisatie van het strijdbare gedeelte des volks, vorm
den zij onder een sterk eenhoofdig bestuur eene macht, die zich
voelde en zich deed gelden, zoodat de Engelsche politiek in Zuid-
Afrika tot behoud van haar overwicht gedwongen was, vroeg of
laat aan die natie hare politieke beteekenis te ontnemen, welk doel
niet anders dan door een oorlog te bereiken was.
Ten einde eenig begrip te erlangen van de politieke beteekenis
van Zululand en van de rol, die de Zulu's onder een reeks van
merkwaardige vorsten tot dien tijd in Zuid-Afrika gespeeld hadden,
is het noodig hier een en ander omtrent hunne geschiedenis mede
te deeleneene geschiedenis vooral ook voor ons belangrijk met het
oog op de aanrakingen der Zulu's met de Transvalers, elders ook
in een romantisch kleed behandeld. (1)
Tegen het einde der vorige eeuw vormden de Zulu's slechts
een betrekkelijk kleinen volksstam, wonende langs de oevers van
de rivier Almoolosi, wel onder hun eigen hoofd, maar toch niet geheel
onafhankelijk, daar hun opperhoofd gehoorzaamheid verschuldigd was
aan den aanvoerder van een der omwonende stammen.
In het begin dezer eeuw echter, omstreeks het jaar 1815, wist, bij
den dood zijns vaders, Tshaka, die uit vrees van door zijn vader
vermoord te worden in zijne jeugd had moeten vluchten en zich
onder leiding van den leenheer der Zulu's tot een voor zijn tijd en
zijne omgeving zeer bekwaam krijgsman had gevormd, het zoover te
1) Tijdspiegel, jaargang 1879. Dingi. Zuid-Afrikaansche novelle door Mej.
F. van Rees,