164 wicht van 220 Metertonnen, tegen een mantelkanon slechts 143,5; voor het 19-tons kanon verhouden zich deze getallen als 273: 172,3. „Doch, voegt de kolonel Maitland er aarzelend bij, „des te zwaar der is de schok in de richting van het reculmisschien is staaldraad-' geschut alleen geschikt voor belegerings-mortieren". (Ij) De Russische generaal Kalakoutski, in zijne vergelijkende studiën ende enkelvoudige en samengestelde kanonnen, komt tot de volgende uitkomsten, welke wij, belangrijk bekort (op gevaar af van ze apodictisch te doen schijnen), hieronder weergeven. „Mantels en ringen zijn verkeerd, de inwendige spanningen zijn niet voor- maar nadeeligzij zijn bovendien-en dit pleit zeer voorden terugkeer tot de -enkelvoudige constructie geheel afhankelijk van de wijze van fabricatie van het staal, en de staalfabricatie is thans op eene zoodanige hoogte, dat men die inwendige spanningen zeer gemakkelijk en onfeilbaar naar verkiezing kan regelen. (1) De s taal draadeons truet ie is reeds met succes op oen houwitser toegepast; deze staaldraadhouwitser, van een kaliber van 25,4 cM., verleent eene aanvangssnelheid 'van ruim 300 M. (door middel van 12,7 KG. buskruitlading) aan een projectiel van 163 KG. De houwitser zelf weegt 3500 KG. en voldoet uitstekend. In t algemeen echter is Engeland niet gelukkig met zijn geschut en kan het op constructief gebied bezwaarlijk -als voorbeeld dienen. Even excentriek als verrassend is hetgeen in Engeland op liet gebied der geschut- constructie is omgegaan. In 1853 dus vóór allo andere mogendhelden met getrokken geschut (zoogenaamd Lancaster-geschut) bewapend, zag do Engelsclio artillerie reeds in 1858 de onbruik baarheid van dat geschut in en bewapende zij zich met getrokken Armstrong-kanonnen. Ook deze voldeden niet; daarom werden in 1865 getrokken voorlaadkanonnen aan genomen, sysleem-Lahitte,dat men echter ter wille van de nationale ijdelheid van toen af „"Woolwich-systeem" noemde. Dit stelsel gaf echter een zoo geringe trefkans, dat het zelfs onder de voorladers een zeer bescheiden plaats innam. Te meer bevreemding wekte de invoering van dit stelsel, omdat toen juist de Fransche artillerie tot het. achterlaadgeschut begon over te gaan, althans voor zoover het marine- en kustgeschut betrof. Men bleef echter het voorlaadstelsel getrouw tot voor korten tijdtoen in Maart 1886 zag de Engelsche artillerie in, dat de mogendheden van „the continent" met hun achterlaadgeschut in 't voordeel waren. Toen ook werden met eoht-Engelschen practischen zin, energie en voortvarenheid 1071 nieuwe achterlaadkanonnen en 800 mitrailleuses aangemaakt; de geheelo particuliere industrie hielp daarbij mede. Al deze kanonnen zijn in Engeland vervaardigd, waaronder 34 pantserkanonnen van 30,5 cM. en daarboven.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 175