243
Deze artillerie ruimt de hindernissen in den rand opde overige
artillerie blijft vuren als onder 1 t/m 4.
De rand is vermeesterdde aanvallende artillerie vervolgt om liet
terreinvoorwerp heen en komt gedekt in batterp naast t voorwerp.
Uitzondering: de artillerie gaat er doorals de infanterie hare hulp
noodig heeft tegen huizen, barricaden, enz.; in 't voorwerp staande,
vuren om den hoek der huizen en daar achter laden.
II. Bij de verdediging.
De verdedigende artillerie neemt stelling buiten 't werkzaam geweer
vuur aan den achterrand in 't verlengde der uitgangen, achter tevens
zijwaarts van het terreinvoorwerp.
Nadeelen van de opstelling vóór of in den rand:
1°. Zij trekt het aanvallend artillerievuur naar het voorwerp.
2°. Zij verkleint de vuurlinie.
3°. Tenzij haar vuur ontijdig ophoudt, is hare terugtochtslijn in
gevaar.
Uitzondering: Opstelling in 't voorwerp:
a. bij hardnekkige verdediging van versperringen;
b. tot het enfileeren van lange rechte wegendie de aanvaller
moet volgen.
Is 't achtergelegen terrein hooger, dan kan eene opstelling achter
't voorwerp goed zijn.
Donk om veilige aanleuning en om eene bedekking tegen verrassing.
Yerdeel slechts bij uitzondering uwe artillerie.
Muren zijn goede dekkingen tegen Gr. K. T. en geweerkogels;
waak tegen enfileeren
Dek uwe troepen.
Belet op geweerschotsafstand het déboucheeren des aanvallers.
De strijd der reserven is de beslissende strijd.
B. Tijdelijk versterkte kampongs.
I. Aanval.
1°. Verkenning.
2°. Voorbereidingbreng 's vijands artillerie tot zwijgen.
3°. Daarna vuren op de bezette gedeelten van den rand, open plek-
