244 ken en wegen in de kampong. Op de open plekken staan de bin- nen-reserven. 4°. verras 's vijands buiten-reserven. II. Verdediging. Verdedig den rand tot 't uiterste. Zoek of maak dekking. C. Veldwerken. I. Aanval. Krachtig en langdurig écharpeeren of enfiieeren met G. K. T. Onderbreek af en toe uw vuur door kleine gevechtspauzen, opdat de storm, (die met zulk eene pauze moet gepaard gaan) eene verras sing blij ve. Geef aan de stormende infanterie één of meer artillerie-afdeelingen mede om 's vijands stukken te vernielen of te gebruiken, en om goschutstanden te maken voor de aanvallende artillerie die volgt. II. Verdediging. Kies stelling buiten en achter het veldwerk. Uitzondering: Binnen 't werk neemt men stelling: a. als 't zijwaarts niet kan; b. als een toegang bij nacht moet worden bestreken. Dan blijven de voorwagens er buiten en borgt men munitie er binnen. In dit geval geen geschutstrijd, maar gedekt blijven totdat gesloten troepen zich vertoonen. Vuur dan met een gedeelte; later met alle kracht vuren tegen den storm, 's Avonds laden met kartetsen. D. Heuvels en duinen. (1) In 't algemeen: zoek tegen de marine dekking aan de landzijde der duinen. Volg zoolang mogelijk de harde wegen. Zorgvuldig verkennen en den gekozen opmarschweg door ordonnansen afbakenen. I. Aanval. Domineerend waarnemen, maar van uit de laagte beschieten! Dit maakt 's vijands invalshoeken groot, zijn bestreken ruimten (1) Duinen treft men o. a. te Babakan bij Tjilatjap en elders aan Java's Zuidkust aan.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 257