251 O. Rencontre-gevechten. Wees op ontmoetingen bedacht. Ken uw geheele tactiek. Pas ze snel en met oordeel toe. Ten einde het voorgaande bruikbaar te maken voor de pr act ijk, dient allereerst de verhouding van den artillerie-commandant tot den nlgemeenen bevelhebber duidelijk te worden aangegeven. Dit nu doet onze Handleiding voor het tactisch gebruik der artillerie te velde niet. Wat baat den artillerie-commandant het voordeel, van zjjne stolling te mogen kiezen, als het innemen van de stelling moet wachten op de goedkeuring van den algemeenen bevelhebber 54). Even onjuist is 50. Noch in het gevecht, noch tijdens de ver kenning zijner te nemen stelling vertoeft de artillerie-commandant bij den bevelhebber. De gebrekkige redactie van de zooeven genoemde 54 heeft bij herhaling aanleiding gegeven, dat de artillerie zieti hare stelling eenvoudig door den algemeenen bevelhebber liet aanwijzen. Toch weet ieder ervaren artillerist, dat het kiezen van eene goede stelling het criterium is van artilleristische kunst, en dat het belang van allen medebrengt, dat de 'artillerie zelf hare stelling kiest. Wij spreken hier uitsluitend over den kleinen oorlog en de gevechten om terreinvoorwerpen en défilé'swij laten den grooten veldslag met voordacht buiten beschouwing, omdat die in Indië nooit kan voorkomen, faute de combattants. Bij den strijd om terreinvoorwerpen behoort de artillerie hoofdwapen te zijn. Zij schiet, of althans zij observeert, van de hoogste punten, vanwaar ook de algemeene bevelhebber evenals de artillerie het gevecht overziet; zij leidt het gevecht in en offert zich bij de ver volging of bij den terugtocht opop haar trekken steeds, zoowel bij manoeuvres als in den werkelijken oorlog, de troepen bij geleden échec instinctmatig terug. Het is de artillerie, die bij den aanval op terrèin voor werpen den doorslag geeft; gelijk het ook de artillerie is die in eiken aanval, zelfs in den grooten veldslag, de infanterie doet voorwaarts marcheeren au coup du canon."

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 264