284 regeld, zoodat men bij de colonne geheel onkundig was gebleven van hetgeen inmiddels elders was voorgevallen. Eerst den 28en Januari des morgens om 9 uur ontving de ko lonel Pearson een telegram van Lord Chelmsford, gedateerd Pieter Maritzburg 2i Januari, van den volgenden inhoud: „Beschouw alle instructies en bevelen als vervallen en handel zooals u het beste zal voorkomen in het belang der colonne onder uw bevel; is Ekowe te ver vooruitgeschoven om van het noodige voorzien te worden, dan kan het verlaten worden; de post op den linker Tugela-oever moot echter zoo mogelijk behouden blijven. Gij moet er op rekenen met het geheele Zulu-leger te doen krijgen. Ruim de tenten op en breng de man schappen onder dak onder de wagens; de verdediging is dan gemakke lijker en er kunnen meer voorraden geborgen worden." Ofschoon men daarmede nog niet was ingelicht omtrent de betee- kenis van de ramp der centrumcolonne overkomen, was het duide lijk dat de toestand geheel gewijzigd was geworden; over de te volgen gedragslijn werd daarom beraadslaagd in een krijgsraad, sa mengesteld uit den staf en de aanwezige korpscommandanten, waar van de uitslag was, dat met een zeer geringe meerderheid werd be sloten om te blijven en niet naar de beneden-Tugela terug te gaan. De linkercolonne, die reeds den 6™ Januari de Bloedrivier was overgetrokken, was na den llen Januari begonnen met het uitzenden van patrouilles, hoofdzakelijk tot het verrichten van verkenningen om in aanraking te komen met enkele hoofden, van wie bekend was, dat zij tot onderwerping geneigd waren en het buit maken van vee, waarin men naar wensch slaagde zonder tegenstand te ontmoeten; hoewel veel gewapend volk op de been was, kwam het niet tot vijandelijkheden, omdat zooals later gebleken is van Cetywayo nog geen bevelen ontvangen waren, hoe ten opzichte der Engelsche troepen te handelen. De verschillende bewegingen werden door on gunstig weder en zware regens zeer vertraagd. Den 12™ Januari had de colonnecommandant eene samenkomst met den opperbevelhebber op 18 KM. van Rorke's drift, waarheen hij zich met eene troepenafdeeling begeven hadna het vernemen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 297