294
3000 M. geopend werd. Op een bericht dat de vijand ook uit het
Z. O. aanrukte, werd een der vuurmonden een paar honderd M. in
die richting vooruitgebracht, doch spoedig weder op zijne oorspron
kelijke plaats hersteld.
De beide overige nog beschikbare compagnieën v/h lc bat. 24°
regiment hadden om 12 uur stelling genomen, front naar het Oosten,
rechts voorwaarts van de sectie artillerie en wel in verspreide orde.
De compagnie v/h 2e bat. 24e regiment (luitenant Pope), die op
voorposten geweest en dientengevolge 's morgens niet mede was
uitgerukt, verlengde die opstelling naar rechts en was opgesteld in
bataille in de onmiddellijke nabijheid van den weg.
Op dezen vleugel kon de aanval, tengevolge van den tegenstand van de
rechts voorwaarts opgestelde bereden troepen, niet zooveel terrein winnen
als op den linkervleugel, waar de vijand van de heuvelrij afdalende de
verdedigers spoedig noodzaakte verder terug te gaan en op ongeveer
270 M. van het kamp andermaal stelling te nemen. Deze beweging, eene
meer aaneengesloten opstelling ten doel hebbende, had evenwel ten ge
volge, dat de hulptroepen, opgesteld in den uitspringenden hoek van
de aaneengesloten stelling, waarvan ééne zijde naar het Noorden on
de andere naar het Oosten gekeerd was. in hunne thans vooruit
geschoven positie te veel werden blootgesteld.
Zoover de gegevens toelaten daarover te oordeelen, was de op
stelling om 1 uur nm. als volgt:
Op den linkervleugel, front naar het Noorden, de compagnieën
Younghusband, Hostyn en Cavaye, in bataille naast elkander. Rechts
voorwaarts van die lijn de beide compagnieën hulptroepen en daar
achter de artillerie vurende in Oostelijke richting. Rechts voorwaarts
van de artillerie, front naar het Oosten een compagnie v/h le bat.
24° regiment in bataille, rechts daarvan de overblijvende compagnie
van dat korps verspreid en daarnaast de compagnie Pope in bataille
met den rechtervleugel aan den weg. Op eenigen afstand voor
waarts van den rechtervleugel stonden al de bereden troepen onder
den kolonel Durnford. De nog beschikbare hulptroepen werden in
reserve gehouden om den vijand te vervolgen na het afslaan van
den aanval, waartoe men hem, zooals in vroegere Kaffir-oorlogen
gebruikelijk was, wilde aanmoedigen.
