20
Britsche bestuur waren bij die dappere en hardnekkige Calvinisten
dus wel diep geworteld, dat zij tegen dergelijke opoffering niet op
zagen.
Toen de Boeren het land verlaten hadden en zij voor Eugelsch
geweld hadden moeten buigen, had natuurlijk het tusschen hen en
Panda gesloten verdrag alle beteekenis verloren; deze had zich wijse
lijk stil gehouden en zich na den strijd, zooveel dit noodig was, bij
de winnende partij aangeslotenvan beide zijden werden gezanten
gezonden tot het onderhouden van goede betrekkingen, hetgeen
aan het Engelsch bestuur van Natal al dadelijk gelegenheid gaf,
om van den Zulu-vorst den afstand van de St. Lucia-baai te ver
krijgen overigens werd hij nimmer als vasal beschouwd of behandeld.
Bij de vele grens- en andere twisten, die in verloop van tijd tus
schen de Zulu's en de Transvalers ontstonden, koos het Engelsche
bestuur, wanneer dadrtoe maar gelegenheid bestond, partij voor eerst
genoemde, zoodat de beschuldiging dat zij de Transvalers stelsel
matig in moeielijkheden met de Inlanders wilden wikkelen, geenszins
geheel ongegrond is. (1)
(1) De commissie, na de annexatie door de Transvalers naar Europa gezonden om
daar te protesteeren tegen die annexatie, richtte den 10en juli 1878 een schrijven
aan den minister van Koloniën in Engeland, waarin zij trachtte aan te toonen,dat
de voor de inlijving aangevoerde motieven ongegrond waren, o. a. dat er voor de
Transvaal geen gevaar voor een inval der Zulu's bestaan heeft.
O. m. zeide zij in dat schrijven het volgende:
Tot aan de annexatie zijn de geïsoleerde boerenplaatsen op de oostelijke grenzen nimmer door de
Zulu's gemolesteerd, en slechts weinige weken vóór dat tijdstip had een kleine afdeeling een Zulu-
hoofd tot diep in hft land vervolgd.
Maar sedert de inlijving zijn vele van die vestigingen verbrand en hebben de bewoners met vrouwen
en kinderen de vlucht moeten nemen. Zonder aarzelen durven wij verklaren dat de tegenwoordige
omstandigheden (de op handen zijnde Zulu-oorlog) een gevolg zijn van de handelingen van Sir
T. Shepstone. Cetywayo zag zich gesteund en achtte zich aangemoedigd door het bestuur van Natal
of door Sir T. Shepstone in zijne houding ten opzichte der Transvaal en werd met den dag onbe
schaamder en veeleischender; maar zijne bedreigingen tegen de Transvaal, die dat land echter slechts
door Natal bereikten, hadden geen uitwerking, totdat door het vooruitrukken der Britsche troepen
tot het bezetten van de Transvaal ook hij zijne strijdkrachten in die richting vooruitbracht. Met
veel beleid heeft Cetywayo getracht het eeue Europeesche bestuur tegen het andere in werkin°- te
brengen en, naar het hem moest toeschijnen, niet zon Ier vrucht. Dat hij nu zeer gebelgd is, kan
inderdaad geen verwondering baren, daar zijne sluwe tactiek niet alleen heeft gefaald en de voor-
deelen van eenen met de Britsche strijdkrachten gecombineerden inval in de Transvaal hem geheel
zijn ontgaan, maar hij ook de zaak zijner tegenstanders omhelsd ziet door hen, die hjj reden had
als vrienden en bondgenooten te beschouwen,