321 die moet men zich zelf geven en kan eerst na lange practijk ver kregen worden. Februari, 1891. X. Naschrift. Het vorenstaande was voor een deel reeds persklaar, toen ons de Alg. Order N°. 19 van dit jaar in handen kwam. Door de welwillend heid van de Redactie waarvoor wij hier dank betuigen zijn wij in staat naar aanleiding dier order nog eenige korte aanteekeningen te maken. Genoemde alg. order brengt nl. eenige veranderingen in de samen stelling der keuringscommissiën en de wijze van keuring der levens middelen, ten behoeve der troepen te leveren. Van die veranderingen kunnen wij zeggen: „dankbaar maar niet voldaan." Zij zijn echter een schrede in de goede richting, zij het dan ook een kleine schrede, en als zoodanig juichen wij dan ook het verschijnen der order toe. Voor zooveel ons onderwerp betreft, is wel de voornaamste veran dering de gewijzigde samenstelling der herkeuringscommissiën. Ten opzichte der keuring in eerste instantie is de toestand vrij wel geble ven wat die was, in zooverre thans imperatief is voorgeschreven, dat de gezamenlijke officieren der week éeD commissie van keuring zullen uitmaken, bij meerderheid van stemmen het aangebodene goed-of af keurende. Volgens onze meening zie blz. 9 zou een dergelijke wijze van keuring ook met de oude voorwaarden in overeenstemming zijn geweest. Hoe wij echter denken over zulk een commissoriale keuring in de groote garnizoenen gaven wij reeds te kennen. Alleen wanneer het bezwaar oplevert om de officieren der week van alle troepengedeelten in het garnizoen te zamen één commissie te doen uitmaken, is de plaatselijke commandant bevoegd te bepalen dat alleen de officieren der week van de in elkanders nabijheid ge legerde troepengedeelten samen zullen keuren. In verband met de ligging der kampementen kunnen wij dus in de groote garnizoenen, twee of meer keuringscommissiën hebben. Laten wij hopen dat de mili taire commandanten niet dan in zeer buitengewone gevallen van de hun ten deze gegeven bevoegdheid zullen gebruik maken.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 334