- 326 Vreemd genoeg, komen in de werken van Gregorij, Smits en Findlay, alle o. a. handelende over de vaarwaters ten O. van Java en een korte beschrijving gevende van het eiland Lombok, volstrekt geene opgaven omtrent ligging of grootte daarvan voor. Een raadpleging der kaart schenkt verder de overtuiging, dat de regelmatig vierkante vorm van Lombok op eigenaardige wijze afsteekt bij dien van de andere kleine Soenda-eilanden, wier omtrekken de meest grillige figuren opleveren. Alvorens de kustlijnen van Lombok nader tot een onderwerp van bespreking te maken, is het wellicht niet ondienstig aan de, het eiland ten W. en ten O. begrenzende vaarwaters vooraf eenige aandacht te wijden. De Lombok ten N. en ten Z. bespoelende zeeën, hoe gewichtig ook als handelswegen tusschen onderscheiden oorden van onzen archipel en verschillende werelddeelen, behoeven in dit opstel geen afzonderlijke beschrijving, omdat, mogen deze wateren dicht bij de kust ook door kleine handelsvaartuigen bevaren worden, zij ons toch uit een militair oogpunt, ten opzichte van Lombok slechts weinig belang kunnen inboezemen. Zooals hierboven reeds werd gezegd, wordt het eiland Lombok aan de Westzijde begrensd door de straat van dien naam. Deze zeeëngte, die een der verbindingswegen vormt tusschen de Soenda-zee en den Ind. Oceaan en daarom door vele schepen wordt gevolgd, heeft van het N. tot het Z. gerekend, een lengte van 36 mijlen, terwijl de breedte zeer afwisselend is en van 10 tot 25 mijlen bedraagt. Een gemakkelijk herkenningsteeken voor den N. ingang van deze straat is de aanwezigheid van de pieken van Bali en Lombok, die reeds op een afstand van 14—20 mijlen kunnen worden gezien en bij helder weder ook door uit den Ind. Oceaan in N. richting varende schepen zijn waar te nemen. Is de lucht betrokken of zijn de bedoelde bergen in de wolken gehuld, dan is het, in het Z. van straat Lombok tusschen Bali en Lombok gelegen Noesa Pandita een middel, om den ingang van die zijde te verkennen. Is de bestemming der vaartuigen het eiland Lombok, dan doen zij het beste, den weg tusschen Noesa Pandita en de Westkust

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 339