387 ooi'zaakte groote verliezen naderden zij tot ongeveer 40 M., alwaar zij tot staan gebracht werden door fiankvuur uit het magazijndekking zoekende achter de stookplaatsen en de keukens, bleven zij echter een onafgebroken vuur onderhouden. Het grootste gedeelte echter zwenkte, zonder stil te staan, links af om het hospitaal heen en deed een aanloop op den N. W. hoek van de borstwering, vanwaar het evenwel na een kort maar hevig gevecht werd teruggedreven in het kreupelhout aan die zijde. De hoofdmacht des vijands had de beheerschende hoogten, op 360 M. ten Z. van den post gelegen, bezet en onderhield vandaar een hevig vuur, te gelijker tijd zich \Y. - en N.-waarts uitbreidende, en aldus den Noordelijk gelegen tuin, den weg en het zich aldaar bevindende kreu pelhout bezettende. Yan de dekking gebruik makende, welke het kreupelhout opleverde, dat wij niet hadden kunnen ruimen, kon de vijand den post van die zijde op korten afstand naderen, waarvan hij zoo goed gebruik maakte dat hij de buitenzijde der borstwering, die niet geflankeerd werd, be zette. Dit had langs de geheele Noordzijde een reeks van hardnekkige pogingen om de borstwering te beklimmen ten gevolge, die echter telkens na een hevig gevecht met de bajonet werden afgeslagen. Ofschoon het vuur van het Zuidelijk gelegen domineerende terrein slecht gericht was, nam het ons geheel in den rug, zoodat wij daardoor groote verliezen leden en verplicht waren tegen ongeveer 6 uur n. m. terug te trekken achter de borstwering van beschuitblikken. Intusschen had de vijand herhaaldelijk getracht ook het hospitaal binnen te dringen en was hij er eindelijk in geslaagd het dak in brand te steken. De bezetting van het hospitaal verdedigde dit voet voor voet, ten einde tijd te hebben de zieken zooveel mogelijk over te brengen; tengevolge van de onvoldoende inwendige gemeenschap en den brand van het ge bouw konden echter niet allen gered worden. Tot ons innig leedwezen moesten wij eenige der arme lijders aan hun verschrikkelijk lot overlaten. Vier manschappen v/h 24e regiment verdedigden den uitgang tot het laatste toe met de bajonet, daar hunne patronen verbruikt waren. Het hospitaal in brand ziende en bemerkende, dat de vijand voortdurend pogingen aanwendde om ook het dak van het magazijn in brand te steken, liet ik in het reduit nog een soort van redoute maken van zakken mais, ten einde daarin zoo noodig te kunnen terugtrekken, waarbij de kwartiermeester Dunne zich zeer onderscheidde. Met het vallen van den avond waren wij geheel omsingeld en moesten

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 400