34 - digheid, dat slechts weinig instructeurs weten te eitidigeu, als het signaal gegeven wordt, is oorzaak, dat de lessen elkander bijna zonder rust opvolgen. Wie kan nu in een tropisch klimaat van 6x/21 uur met aan dacht luisteren naar een bespreking van verschillende onderwerpen? Ik geloof als vrij zeker te mogen aannemen, dat weinigen daartoe in staat zijn, en als men nu nog weet, dat van de 5 lessen per week in militaire wetten er slechts één vóór 111 2 uur gegeven wordt, dan vermeen ik alweer voldoende te hebben bewezen, dat het onderwijs in dit vak niet degelijk kan genoemd worden, dat een ernstige bespreking er van met de officieren, van de Militaire School afkomstig, niet over bodig mag worden genoemd. Dat ook het Legerbestuur deze meening is toegedaan, blijkt uit de missive, ik vermeen van 1885^ waarbij den korpscommandanten werd opgedragen met hunne officieren te behandelen verschillende punten van het militaire en gemeene recht. Ik moet er al dadelijk op wijzen, dat men met het uitvaardigen van circulaires of missives in den toestand weinig verbetering brengt. Zie hier mijne ondervinding hoe aan deze circulaire uitvoering werd gegeven. Bij een korps had de commandant afschrift weten te verkrijgen van een verhandeling, geschreven door een luitenant, die geruimen tijd de functie van auditeur-militair had waargenomen. Op de weten schappelijke vereeniging werd dit afschrift voorgelezen, waarbij telkens bleek, dat de spreker zich de moeite zelfs niet getroost had, om van te voren dit opstel eens door te lezen. Zijn nu rechtsquaesties in den regel niet zeer interessant voor leeken, zij worden ongenietbaar, wanneer zij behandeld worden door iemand, die in geen enkel opzicht zijn onderwerp meester is. Een ieder was dan ook verheugd, als .het uur van verlossing sloeg en die daarna de kwinkslagen had kunnen hooren, welke op de sociëteit werden ten beste gegeven, zal aan het nut van zulk een bespreking geen oogen- blik geloof slaan. Bij een ander korps werd een jong 2e luitenant er voor gespannen. Deze ontving afschrift van de verschillende punten met last over een maand hierover een voordracht te houden. Niet wetende hoe hiermede gereed te komen, begaf hij zich naar den auditeur-militair en vroge

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 45