460 al te spoedig een eigen nestje (e bouwen, daar kan het „il faut que ia jeunesse se passé een gemakkelijke toepassing vinden en is het maatschappelijk leven van dien aard, dat men ook zonder het huwe lijk bevrediging kan vinden van wenschen, die zoowat aan eiken jongen man eigen zijn. Maar in Indië en vooral in de talrijke, weinig verstrooiing aan biedende kleinere garnizoenen doen zich geheel andere toestanden voor en is een naar omgaug met vrouwen en naar een gezelligen huiselijken omgang hakende man in minder dan geen tijd au bout de son latin. Yan een Sturm- und Drangperiode, van een met een luchtige levens opvatting slijten der schoonste jaren is in de koloniën weinig sprake en ziet, het duurt bij een met een degelijken aard gezegenden offi cier niet lang of hij is het zg. Indische jongelui'sleven zoo innig moede, dat hij naar een eigen huishouden verlangt. Toen nog betrekkelijk weinige jaren geleden de door velen zoo scherp afgekeurde huwelijken veel minder talrijk dan nu waren en de wensch naar een eigen huishouden ontwaakte, toen wist men wel raad om dat verlangen op een eenvoudige, gemakkelijke en weinig kostbare wijze te bevredigen; men nam zonder veel omslag een vrouw des lands tot huishoudster, stelde haar aan het hoofd van menage en keuken, verwisselde haar, bij wederzijdsch gebrek aan overeen stemming, met een andere, ongeveer op dezelfde wijze als waarop men van bediende verandert, kortom aan dat stelsel waren slechts voor- doch geen nadeelen verbonden. De officier, die in concubinaat leefde, bleef immers vrij man; wanneer hij te velde moest trekken, doekte hij zijn huishouden een voudig weg op, om, na afloop van den veldtocht, elders een ander nestje te gaan bouwen; bij bleef zoodoende steeds voor den dienst beschikbaar, zonder ooit in zijn bewegingen, als door een blok aan zijn been, door een gezin gehinderd te worden. Zoo en nog verder redeneeren de tegenstanders van den tegen- woordigen toestand, om daarna in helle kleuren het juk af te schil deren dat het huwelijk den man en vader oplegt en dat hem, volg- gens die tegenstanders, als veidsoldaat veel minder waard maakt dan zijne collega's van weinige jaren her.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 473