- 48? - het schip minder gevoeld worden. Het water wordt uit de ketels in liet ruim door pompen op de verschillende dekken gebracht en zoo mogelijk verder met slangen in de stallen wegens de zeer groote behoefte aan water, vooral voor de dieren, zijn op paardenschepen distilleertoestellen onmisbaar. Alle transportschepen moeten van een nummer worden voorzien ter grootte van 0,9 M. in zwarte verf op witten grond geschilderd aan beide zijden van den boeg en op den achtersteven; aanbeveling verdient het dat nummer voor paardenschepen rood en voor vivressche- pen als anderszins wit te nemen. Bovendien moet elk schip voorzien zijn van twee zwart geschilderde houten borden 1.80 M op 1.20 M, waarop in witte verf met letters groot 0.3 M. de naam van het in gescheepte korps is aangeduiddie borden dienen om, zoo noodig, buiten boord te worden gehangen, waartoe zij van touwen voorzien zijn. Zoodra de transportschepen gereed zijn om den troep te ontvangen, worden zij aan eene nauwkeurige inspectie van eene commissie on derworpen, bestaande uit: een hoofdofficier van den generalen staf, een officier van het garnizoen niet beneden den rang van kapitein en een of meer ma rine-officieren deze commissie wordt bijgestaan door den hoogsten in rang zijnden officier van gezondheid van het garnizoen, den officier van gezondheid die bij het in te schepen troepengedeelte behoort en e. q. een paardenarts. Die commissie brengt verslag uit van hare bevinding, door allen geteekendom de beteekeuis van die inspectie goed te doen uitko men, zij het voldoende hier te vermelden, dat die commissie in het daarvoor bestemde gedrukte formulier moet antwoorden op of in lichting geven omtrent de volgende punten 1. Tonneninhoud (bruto). 2. Stoomvermogen, in paardenkrachten. 3. Of de scheepspapieren alle aanwezig en in orde zijn? 4. Naam van den gezagvoerder. 5. Wanneer in dienst genomen? 6. Hoogte der verschillende dekken. 7. Voor hoeveel man ruimte beschikbaar is en sterkte van deri voor inscheping aangewezen troep?

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 502