495
even zwaar zijn; in dit geval draagt het offieierspaard wellicht 18
kilo's minder en liefst aan dood gewicht.
Yan twee paarden, die evenveel dragen, maar waarvan het eene
met ongeveer 2 x meer dood gewicht belast is dan het andere, bevindt
het eerste zich in betere omstandigheden dan het laatste, want kan
de ruiter zijn paard het dragen vergemakkelijken door zijn gewicht,
al naar omstandigheden, op de voor- of achterhand over te brengen,
zoo is hij bitter weinig in staat om invloed uit te oefenen op het
dood gewicht dat door zijn paard gedragen wordt.
Het zooeven gezegde zoo goed als eene axioma zjjnde, kan men
wel nagaan in welke ongunstiger omstandigheden het met 18 kilo's
gewicht meer belaste troepenpaard tegenover het offieierspaard staat.
Dit komt bij het exerceeren zelden of nooit in het gedrang; het
andere herhaaldelijk bij wendingen en bovendien slag op slaginaau-
raking met een sabelscheede of met een karabijn.
Hoe aangenaam?! een en ander moet werken op een zenuwachtig,
prikkelbaar paard, en van den weeromstuit op zijn ruiter, is licht na te
gaan; geen wonder dus dat zoo'n paard dan veel lust krijgt om er
van door te gaanen gaat het hiertoe over en heeft het breede ka
ken, eene zware hoofdaanzetting, een korten, zwaren of wel een herte
hals, zooals vele Sandelwoods hebben, hetgeen het bijbrengen en het
verzamelen bemoeielijkt, dan is zijn ruiter soms niet in staat het
dier in te houden.
De Heer J. van de Yelde zegt zeer juist:
Het zenuwachtig temperament maakt, dat dit paard dikwijls met een
verkeerden hals, een te hoog gedragen hoofd loopt, waardoor de rug en do
achterhand bovenmatig worden belast. Slechts een uitstekend ruiter, d. w.
z. iemand met een zeer zachte hand, welke het paard rustig houdt, zal er in
slagen de meesten laag genoeg (in bijgebrachte stellingte doen loopen.
Yerder zegt hij:
Een Sandelwood heeft meestal een goed gevormden hals (hierop zijn
echter vele uitzonderingen), die hem best in staat stelt met hot hoofd
behoorlijk bijgebracht te loopen, maar door het zeer prikkelbare tempe
rament loopen velen, tenzij ze een werkelijk goed ruiter hebben mot
een zachte, rustige hand, veel te hoog, maken een verkeerden hals en
werpen het gewicht geheel op den rug. Dit moet rug en achterhand
