512 gelijk aan den invalshoek, krijgen wij de lijn, die van de ver schillende banen de punten vereenigt, die na gelijken vluchttijd be reikt worden. Op 1950 M. moet deze lijn iets minder helling hebben dan de baan. Al het hier meegedeelde heeft betrekking gehad op de spreiding van het volle projectiel. Bij de spreiding der springpunten van granaatkartetsen komt nu nog eene oorzaak en dat is de spreiding in brandtijd van de buis. Om deze spreiding te kunnen vinden, moet eerst uitgemaakt wor den hoe de tempeering bepaald moet worden en daartoe heb ik het in de Militaire Spectator N°. 9 van 1890 geschrevene over tem peering en vluchttijd voor den springafstand van A. de' Premery nagegaan. In een hoofdpunt ben ik het niet met den schrijver eens. Hij schrijft op blz. 559, 2» alinea „Wanneer de tempeeringen ten slotte grooter worden dan die tijden, „dan moet er noodwendig een punt zijn, waar de beide bovenbedoelde „lijnen elkander snijden, m. a. w. waar tempeering en vluchttijd aan „elkander gelijk zijn." Dit is juist; maar in de volgende alinea staat: „"Nadat de lijnen van tempeering en vluchttijd elkander gesneden heb- „ben, moeten zij eindelijk, als een gevolg van het voortdurend afnemen „van de - gemiddelde snelheid van het projectiel, elkander weer beginnen „te naderen. „Theoretisch gesproken,' moeten zij elkander zelfs ten tweeden male „snijden, waarna de lijn der tempeeringen weer komt te liggen onder die „der vluchttijden en dus do tempeeringen weer kleiner zijn dan de „vluchttijden." Dit is niet juist. Nadat de lijnen van tempeering en vluchttijd elkander gesneden hebben, zal, als een gevolg van het voortdurend afnemen van de snelheid van het projectiel, wel de buis minder vlug- gaan branden, maar toch altijd nog vlugger dan wanneer het pro jectiel in rust is; zoodat, wanneer de buis werkelijk verdeeld was in onderdeelen, die in rust even lang branden, de lijnen van tem peering én vluchttijd hoe langer hoe verder van elkaar zonden komen. Deze. afstand zal later wel niet zoo sterk toenemen als in het begin maar toch toenemen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 527