530
Zollinger deelt voorts mede, dat op Lombok in den krijg nimmer
gebruik van paarden gemaakt en ook niemand opgeleid wordt voor
de bediening van liet geschut. Hij vermeent, dat in geval van nood
de op het eiland aanwezige Boegineezen zullen gedwongen worden,
de voorradige kanonnen te bedienen.
Deze vuurmonden behoeven ons echter niet af te schrikkenhet
totale aantal wordt niet hooger dan op 70 a 80 stuks van zeer oude
constructie en allerlei kaliber geschat; het grootste gedeelte heeft
zelfs geen affuiten en wordt hoofdzakelijk voor het lossen van saluut
schoten gebezigd.
Yolgens verschillende schrijvers worden er op den duur te Lombok
nog al veel kruit en lood ingevoerd, doch volgens diezelfde bericht
gevers zijn de bewoners van dat eiland aartsliefhebbers van de jacht
en mogen zij overal vrij jagen, zijnde alleen de toegang tot de vorstelijke
domeinen hun verboden. Hoe de voldoening aan den hartstocht voor de
jacht strookt met andere mededeelingen, blijkens welke de inboorlingen
en ook de Hindoe-Balische krijgslieden in vredestijd nimmer in't
bezit van geweren mogen zijn, is iets, dat ik niet kan beantwoorden.
Terwijl Zollinger op Lombok was, werden juist groote voorbereid
selen gemaakt voor het vieren van het feest, dewa-yadnya genaamd.
De Heer King vertelde hem toen, dat alleen de vorsten bij die gele
genheid meer dan 30 pikols kruit zouden verschieten voor de saluut
schoten gedurende de processiën. Veilig kan dan ook, volgens de
meeste schrijvers, worden aangenomen, dat een aanmerkelijk gedeelte
van het ingevoerde buskruit bij onderscheidene ceremoniën wordt
verbruikt.
Zollinger zegt nog, dat de Baliërs nooit nachtelijke uitvallen doen,
een bewering, die ik laat, voor hetgeen zij is, doch volledigheidshalve
hier niettemin opneem.
IX Voortbrengselen uit het planten-, dieren-en delfstoffenrijk.
Hoewel Bali en Lombok betrekkelijk zeer dicht bij elkander zijn
gelegen, zoo hebben toch de verschillen, die in den plantengroei en
de dierenwereld op beide eilanden worden aangetroffen, sommige