537
met zijne pendjeroans (slavinnen), die hare gunsten overal te koop
aanbieden en van de zoodoende behaalde winst, naar gelang harer
jeugd en schoonheid, een maandelijksche belasting van 25 rijks
daalders aan haren gebieder moeten opbrengen.
Neemt men bij de waardeering van dit laatste feit bovendien nog
in aanmerking, dat deze ongelukkige wezens de op Lombok in zeer
sterke mate voorkomende syphilis heinde en verre verspreiden, dan
zal men moeten toegeven, dat de vorst al zeer vreemdsoortige be
grippen van zedelijkheid heeft.
(Slot volgt.)
Dl. I, 1891.
H. P. WlLLEMSTIJN.
34