549 - delt, en zulks alleen als gevolg van de omstandigheid, dat hij de verklaringen zijner ondergeschikten niet begrijpt. Wij zouden op dit thema kunnen doorgaan en er op wijzen, hoe het vooral uit een militair oogpunt te veroordeelen is, dat de soldaat zich in zijn gewone leven van een taal bedient, waar van zijn Europeesche superieuren geen titel of jota begrijpen, en waardoor hij zich, dikwerf in hunne tegenwoordigheid, tegen zijne kameraden over die meerderen kan uitlaten op een zeer anti-discipli naire wijze, zonder gevaar van, zooals hij eigenlijk verdiende, daarvoor zwaar gestraft te zullen worden, 't Is waar, het Inlandsch kader zou in zoo'n geval kunnen optreden en zal zulks mogelijk ook wel eens een enkele maal doenmaar 't is niet in zijn belang, terwijl juist de macht dier Inlandsche meerderen door dien vicieusen toe stand zeer toeneemt. Daarom 't Kazerne-Maleisch moet zooveel mogelijk de kop inge drukt worden. Laat de Europeesche fuseliers het onderling en met hunne Inlandsche kameraden tegen wie zij trouwens zelden het woord richten behouden, maar laat vooral de officieren er naar streven het Maleisch zoo goed mogelijk te spreken, zonder de nood wendig voorkomende Nederlanösche benamingen meer dan hoog noo- dig te verdraaien, en vooral zooveel mogelijk in volgens Maleisch- Polynesische begrippen geconstrueerde zinnen. Zij zullen alsdan over de resultaten van hun ondervragingen verrast staan, en den Javaan niet langer als in den hoogsten graad stompzinnig en leugen achtig beschouwen, maar begrijpen, dat de grondtoon van zijn karak ter bestaat in een volkomene ondergeschiktheid aan zijne meerderen, waarbij hij dikwerf zoover gaat, om tegen beterweten in te hande len, alleen omdat hij meent, dat den meerdere zulks aangenaam zal zijn. Wel is waar, zal het dan nog voor elk officier niet mogelijk zijn bij een Javaausche depot-compagnie behoorlijk zijn verplichtingen na te komen, maar gelukkig zijn er genoeg ouder onze collega's, die lust en ijver bezitten, om zich in den omgang met den reeds ge- ruimen tijd dienenden Javaan de noodige kennis van de Javaansche taal te verschaffen, om later ook den nieuweling behoorlijk te woord te kunnen staan. Vooral in de Javaansche onderofficieren hebben wij daarvoor zeer goede onderwijzers tot onzen dienst, omdat zij,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 566