62
zooveel anderen nadeel berokkent, voorzeker het doel, met de con
duitelijsten beoogd, zou beter bereikt worden. Het zouden in waarheid
bescheiden worden,'die de hoogere autoriteiten in staat zouden stellen,
zich een juist oordeel over den betrokken persoon te vormen.
Maar helaasdat doel werd met de vorige instructie niet bereikt
en ook deze zal daarin geene afdoende verbetering kunnen aanbrengen.
Alle in de nieuwe Instructie vervatte bepalingen zullen niet
kunnen voorkomen dat de chef sympathie voor den een, antipathie
tegenover den ander gevoeltzij zullen het kassianstelsel niet uit het
Indische leger verbannenzij zullen de vrees voor nota's van verde
diging bij sommige chefs niet wegnemenzij dwingen de beoordeelaars
niet om hun eigen gevoelen in de conduitelijst ter neer te zetten.
Nu het ook in de vorige Instructie gestipuleerde verlangen, dat
de conduitelijsten met de meest mogelijke nauwgezetheid moeten
worden ingevuld, niet heeft kunnen voorkomen, dat aan ongeschikte
personen verdienste en geschiktheid voor bevordering werden toege
kend, heeft het ons verwonderd dat het Legerbestuur alleen in
wijziging van den vorm der conduitelijsten en van de redactie van
de toelichtende artikelen het middel heeft gezocht om verbetering
in dien toestand aan te brengen.
Andere middelen stonden toch eveneens ten dienste, bijv. het
aangeven van de eischen voor de verschillende rangen en betrek
kingen in het leger (hierop komen we later terug) en het vorderen van
een eed van de beoordeelaars, dat zij die lijsten volgens hun beste
weten hebben ingevuld. Het Legerbestuur zou in deze slechts het
voorbeeld van onze Marine hebben te volgen.
Aan den voet der conduiterapporten betreffende de zeeofficieren
vindt men nl. de volgende clausule:
„De ondergeteekendecommandeerendeverklaart
op den aan den Lande gedanen eed dat hij bij het eigenhandig invullen
van dezen conduitestaat te werk is gegaan naar zijne beste overtuiging
en zoo, dat daarbij, voor zooverre hem bewust is, evenmin verdiensten
vergroot of verkleind, als gebreken verzwegen zijn."
Het belang dat de staat heeft bij eene juiste invulling der con
duitelijsten is toch zeker even groot, als dat bij het verkrijgen van