74 schiktheid hier den doorslag moet geveneen ander weer vermeent dat een kapitein reeds geschikt is voor majoor, wanneer het beheer der compagnie goed door hem gevoerd wordt en de oefening zijner manschappen geen aanleiding geeft tot bemerkingen. Zoolang niet bepaalde gegevens bestaan, waaraan een kapitein moet voldoen, wil hij kolom 11 met een: „Ja" zien ingevuld, zullen die reclames niet verminderen. Die reclames kunnen nimmer in het belang der krijgstucht zijndaar om moet er naar gestreefd worden deze tot een minimum te beperken. Bij de tegenwoordige regeling is o. i. het eenige middel hiertoe, om alle reclames, voor zoover daarbij niet ten stelligste is be wezen, dat reclamant onrechtvaardig is beoordeeld, af te wijzen. Twijfelt het Legerbestuur in deze, ook dan worde aan reclamant te kennen gegeven, dat zijne verdediging geen aauleiding heeft gegeven om vooralsnog zijne beoordeeling in gunstigen zin te wijzigeneenigen tijd later plaatse men hem naar een ander korps over en drage den commandant daarvan op omtrent hem na verloop van zekeren tijd een nader rapport uit te brengen. Tegelijk met de overplaatsing van den betrokken persoon behoort alsdan den nieuwen korpschef tevens de reden dier overplaatsing te worden meegedeeld, alsmede inzage van alle stukken, op de vorige beoordeeliog betrekking hebbende, te worden verleend. Thans krijgt deze bij overplaatsing alleen de ongunstige beoor deeling te zien en dit moet hem reeds dadelijk een ongunstigen in druk omtrent beoordeelde geven. Slotbepalingen. Deze Instructie zoo luidt de aanhef van 46 is niet van toepassing op generaal-majoors en kolonelseene bepaling welke o. i. in strijd is met de billijkheid, ten minste wat betreft de generaal- majoors en die kolonels, welke nog tot hoogere betrekking in het leger kunnen worden geroepen. Vroeger toen deze officieren nog allen rechtstreeks onder de be velen van den Legercommandant dienden, zou deze bepaling eenige reden van bestaan hebben. Dit is echter thans, wat het grootste gedeelte der kolonels aangaat, niet meer het geval.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 85