103
gevormde vloer was omriogd en afgesloten door een soort van lijst,
om het wegvloeien van water en urine te verzekeren.
Op de hoeken van den vloer stonden vier stijlen, op een hoogte
van 1.41 M. van den bodem van gaten voorzien tot het inschuiven
van den scheiregel. Aan den achterkant bevond zich op dezelfde
hoogte langs alle stallen één met bouten opgesloten achterregel. Aan
den voorkant hadden de stijlen een van boven open ijzeren beugel
tot het opnemen van den borstregel, die daarin werd opgesloten
door een draaibaren houten valwervel. Een houten etensbak, met
zink beslagen, hing met hakeu aan den borstregel. De voorstijlen
hadden elk een ijzeren halsketting en twee bevestigingsringen.
Om de acht stallen was tot verbinding met den scheepswand een
houten steunstuk aangebracht.
Wegens gebrek aan tijd had men het bekleeden met zink van de
voorstijlen achterwege gelaten. Evenzoo had men om dezelfde reden
niet gerekend op het gebruik van paarden-hangmatten (1), of
schoon gedurende de reis elk oogenblik de maatregelen daartoe ge
troffen konden worden.
De stallen op dek stonden onder een dak, gevormd door presen-
ningen opgehouden door latten.
De standplaatsen der paarden waren 1.9 M. lang en 0.7618
breed, terwijl de dekhoogte méér dan 1.97 M. bedroeg. De geheele
machinekamer was van eeu houten betimmering voorzien tot ver
mindering van de warmte en om de op en neer gaande beweging
van de zuigerstangen voor de paarden te verbergen. Men had daar
door veel ruimte verloren, zoodat de doorgang tusschen de etensbak
ken en die betimmering eenigszins moeielijk was en er gevaar be
stond dat bij het slingeren van het schip de paarden het hoofd daar
tegen zouden stootenhet aantal reserve-stallen was met het oog
daarop zeer ruim genomen.
Voor de veutilatie van het staldek had men door het achterdek-
(1) Die hangmatten bestaan uit een flinke broek van zeildoek, lang 1.52 M. en
breed 0.6 M., voorzien van twee houten rollen met ophangtouwen aan de einden en
verder van een borst- en staartriem. De ophangtouwen zijn door een eenschijfs-blok
van achteren en een tweeschijfs-blok van voren aan hijschbalken bevestigd en worden
vastgemaakt aan bevestigingsklampen aan den voorkant der voorstijlen (fig. 10, PI. IY).
