- 113
liet 3e baton. 60e regiment infanterie (6 comp.),
"e (5
2° bat». 3« (2
de mariae-landingsdivisie, samengesteld uit officieren en minderen
van de oorlogsschepen Shah, ïenedos en Boadicea,
de bereden infanterie en de vrijwilligers en
het 4e en 5e baton. Natalsche hulptroepen (inmiddels gereorganiseerd)
het geheel ter sterkte van 3390 Europeanen en 2280 Inlanders,
met twee 9 ponders, vier 24 ponders vuurpijltoestellen en 2 Gatling-
kanonnen, beuevens een trein van 122 wagens en karren.
Den 2en April 's morgens vroeg werd die colonne in haar ver
sterkt bivak (laager) te Gingihlovo door een Zululeger van 10000
man aangevallen, welke aanval echter ten koste van slechts 9 dooden
en 52 gewonden met een verlies van 1200 man voor den vijand
werd afgeslagen.
Den 3e" April werd Ekowe zonder verderen tegenstand bereikt,
waarna dadelijk het besluit genomen werd die plaats te ontruimen
en in afwachting van verdere maatregelen voor den hernieuwden
inval in Zululand alle troepen naar Natal te doen terugkeeren.
Den 7en April was dit afgeloopen en hadden alle troepen den
rechter Tugela-oever weder bereikt.
De linkercolonne onder den kolonel Wood had intusschen den
31en Januari een versterkt kamp te Kambula betrokken, vanwaar
getracht werd zoo goed mogelijk de bedreigde oostelijke grens te
dekken door het voortdurend patrouilleeren, het bedreigen van
's vijands vestigingen en het wegvoeren van 's vijands vee.
Bij die ondernemingen kwam men herhaaldelijk met den vijand
in aanraking, in den regel met gelukkigen afloop; den 11» Maart
echter werd eene compagnie infanterie, welke eer konvooi van 19
wagens van Derby naar Luneberg begeleidde, dooi eene groote over
macht aangevallen en bijna geheel afgemaakt.
Ook den 28en Maart leed een gedeelte der colonne, ter sterkte
van 1315 man, bij een gevecht op en in de nabjjheid van den Inhlo-
bana-berg geleverd, een verlies van ongeveer 200 dooden en 8 ge
wonden, hetwelk zulk een nadeeligen indruk teweegbracht, dat alle
hulptroepen der colonne deserteerden. Die indruk werd echter ge-
