EENE NEDERLAAG EN EENE OVERWINNING VAN HET ENGELSCHE LEGER IN ZULELAND. Eene krijgsgeschiedkundige studie door E. K. A. de Neve. IVn. Troepenversterking uit Engeland. Vervolg van blz. 490.) Omtrent de inscheping van bereden troepen bevatten de Queens Regulations 129 154, Section XVII) de volgende voorschriften Paardenhangmatten behooren tot de uitrusting, verstrekt van wege het departement van marine; voor elk paard wordt er een ten gebruike ge geven met een reserve van 6°/0, zoo noodig worden ook draagbare stallen (boxes) voor de inscheping verstrekt. Vóór de inscheping worden de paarden door een paardenarts nauw keurig onderzocht, ten einde gewaarborgd te zijn tegen besmettelijke of andere ziekten. Zeer oude paarden of die een zwak gestel hebben, wor den niet meegenomen. De inspecteerende paardenarts moet het medisch signalement van elk paard kunnen geven. Troepenpaarden moeten bij de inscheping en aan boord met veel zorg behandeld worden. Zij moeten niet dik in het vleesch zitten. Weinig voedsel en het gebruik van zwakke purgeermiddelen eenige dagen vóór de inscheping zijn de beste waarborgen tegen ziekte; langdurige, doch matige beweging is eveneens aan te bevelen. Gedurende eenige uren voor het aan boord gaan worden hun eten en drinken onthouden, omdat het overnemen met de broek bij opgezette lichamen kwade gevolgen kan hebben, terwijl zij, eenmaal aan boord, eerder tot kalmte zullen komen, wanneer hun daar dadelijk te drinken wordt gegeven. De ijzers worden niet afgenomen. Op de inschepingsplaats gekomen, zullen de bereden manschappen dadelijk de paarden aftuigen en afzadelen en hen de daarvoor gereed liggende scheepshalsters aandoen. Het tuig wordt in bundels bijeen- Dl. II, 1691. 1

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 12