143
De ontlediugsproducten zijn slechts gasvormig (58 C O -f 26 C O3
-j- 61 H20 -f- 48 N). Dit kruit kan dus rookvrij genoemd wor
den, als men de uiterst geringe hoeveelheid asch, door de verbran
ding vau het gebezigde katoen ontstaande, buiten beschouwing laat.
Alleen doordat de waterdamp in de lucht condenseert, zal damp ont
staan, bij groote ladingen meer, bij kleine minder.
Deze nieuwe kruitsoort is in de fabriek van Krupp gepatenteerd
onder N°. 51471, klasse N°. 78 (springstoffen).
In Juli 1889 bracht Nobel persoonlijk eene kleine hoeveelheid
van zijne nieuwe buskruitsoort ter beproeving bij Krupp mede. Dit kruit
had den dobbelsteenvorm. De verkregen resultaten waren van dien aard,
dat door Krupp groote hoeveelheden werden besteld. De daarmede
voortgezette proefnemingen bevestigden volkomen de aanvankelijk
gunstige resultaten, zoodat de proeven tot zelfs met het kanon van
30.5 cM. werden voortgezet.
De fabricage van deze rookelooze buskruitsoort geschiedt in het
kort als volgt
Bij eene temperatuur van -f- 6° tot -f 8° C. wordt één deel collodium-
wol met zes tot acht deelen nitroglycerine vermengd. Dit mengsel
wordt in eene ruimte gebracht, waaruit door middel van eene
luchtpomp de lucht verwijderd kan worden; dit bevordert zeer de
innige vermenging van de gebezigde boomwol en de nitroglycerine.
Daarna wordt onder de pers of op andere wijze zooveel nitro
glycerine verwijderd als de gewenschte verhouding dit eischt. Hier
door ontstaat een koek, die gebroken en tot eene temperatuur
van 10° tot 90° C. gebracht wordt.
Bij deze temperatuur lost eollodiumwol in nitroglycerine op.
Bij dezelfde temperatuur wordt deze massa tot dunne platen gewalst,
om daarna weder tot dikkere platen te worden samengeperst. De
aldus verkregen platen moeten volkomen homogeen en overal even
doorschijnend zijn.
De dikte der platen regelt zich naar den verlangden korrelvorm,
die öf plat is of er uitziet als een dobbelsteen.
Om de scheikundige stabiliteit der samenstelling van dit kruit te
verzekèren, kan men bij het begin der fabricage aan de nitroglycerine
1 a 2°/0 diphenylamine toevoegen.