1 officier van gezondheid, niet behoorende bij de ingescheepte troepen. Alvorens de inspectie te beginnen, noodigt de commissie den com mandant van den ingescheepten troep uit, haar te vergezellen. Ook deze commissie brengt van hare bevinding verslag uit en moet in een gedrukt formulier antwoorden op de volgende vragen: I. Heeft de commandant van den ingescheepten troep alle noo- dige papieren en bescheiden ontvangen alsmede den uitrustingsstaat, of is deze laatste in het bezit van den treinofficier aan boord? II. Zijn de in dien staat vermelde voorzieningen getroffen, in het bijzonder die betreffende: 1°. Wapens. Zijn deze in de geweerrakken geplaatst? 2°. Kansels en kleeding. Zijn deze geborgen op de daarvoor be stemde plaatsen 3°. Helmenenz. Als voren. 4°. Hangmatten en nachtlegers. Zijn deze aan den troep verstrekt en op de daarvoor bestemde plaatsen opgehangen Zijn de reserve- hangmatten naar behooren opgeborgen? 5°. Bakken. Heeft de indeeling plaats gehad en zijn de voor de verschillende bakken bestemde tafels aangewezen? 6°. Geneeskundige behoeften. Zijn deze behoorlijk geborgen en voor de distributie de noodige maatregelen getroffen? 7°. Keuken- en koo kg er eedschap. Is alles tot het gebruik gereed 8°. Brandstoffen. Zijn deze beschikbaar en is voor de geregelde verstrekking gezorgd? 9°. Maatregelen in geval van hrancl. Is de troep daarmede be kend gemaakt? 10°. Bagage. Is deze behoorlijk in het bagageruim gestuwd? Zoo niet, waar dan Hoeveel officiers- en troepen bagage is er aan boord? Wanneer en onder wiens toezicht is de bagage aan boord ge komen Onder wiens toezicht is zij gestuwd? 11°. Voorraden. Waar zijn deze opgeborgen en onder wiens toezicht 12°. Tentuitrustingenz. Als voren.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 16