Onderzoek blijkt, dat een en ander onvoldoende zijn, zonder verdere
formaliteiten daarin kan doen voorzien op kosten en risico van de
vennootschap, die alsdan eene boete verbeurt van hoogstens vijf en
twintig procent van het voor hare rekening ingekochte; eene der
gelijke bepaling had men in een gewijzigden vorm ook voor het ge
wone vervoer kunnen maken; tot het jaar 1905 blijfc nu het toezicht
op de voeding onzer soldaten aan boord onvoldoende (1).
Eene zeer goede bepaling in het nieuwe contract is de aan de
maatschappij opgelegde verplichting om paarden en lastdieren te stal
len, te voederen en van drinkwater te voorzien volgens nader door
den Gouverneur-Generaal, na met haar gehouden overleg, te geven
voorschriftendie weet en gezien heeft, hoe tot nog toe rijks- en
officierspaarden over zee werden vervoerd, zal de beteekenis en het
voordeel daarvan erkennen; het is nu te hopen dat het Departement
van Oorlog tijdig voor het treffen van de vereischte maatregelen zorgt
en de schepen verplicht worden steeds de noodige materialen en losse
vloeren aan boord te hebben tot het opslaan van tijdelijke stallingen;
iets dergelijks is dringend noodig (2).
(1) Wel is waar geeft art. 35 van het contract de Regeering het reoht van inspeotie
en onderzoek van de scheepsruimte, de proviand, de diploma's van gezagvoerders,
stuurlieden en machinisten op de wijze als Haar nuttig en noodig voorkomt en is al
verder voorgeschreven dat bij deze inspectiën het legerbestuur vertegenwoordigd zal
worden, terwijl op elke naar het oordeel van den Gouverneur-Generaal gegronde klacht
over voeding, verzorging en logies eene boete is gesteld, maar deze maatregelen zijn
niet afdoende en werken gedeeltelijk slechts repressief. Opvallend is ook de tegen
stelling dat alle ten behoeve der paarden enz. verstrekt wordende artikelen moeten
voldoen aan de eischen, welke daarvoor zijn gesteld bij de algemeene voorwaarden
van leveringen ten behoeve van het Departement van Oorlog, een oisch die ten op
zichte van de voeding der mensclien niet is gesteld.
(2) Sedert dit geschreven werd, zijn de noodige voorschriften ter zake vastgesteld
bij G.B. dd. 30 Mei 1890, No. 34 b en als bijlage P bij het officieele contract af
gedrukt.
Die voorsohriften zijn inderdaad volledig en voorzien in de bestaande behoefte op zoo
danige wijze, dat men daarmede niet anders dan volkomen instemming kan betuigen.
Het eenige, waarin ik verandering zou wenschen, is het plaatsen van sassak's in de
stallen om het uitglijden der paarden te voorkomen; met een sassakvloer, wanneer die
met den bovenkant naar boven ligt en vochtig is, voorkomt men het uitglijden niet
voldoende; dit is alleen mogeljjk met losse houten vloeren van dwarsribben voorzien
deze zijn dus noodzakelijk.