237
Op zoo'n wijze wordt ook de hand gehouden aan de bestaande re
glementen Grondslag van het onderricht 4 alinea 2.
Het is evenwel niet gewaagd te veronderstellen, dat het wellicht nut
tiger zou wezen dat men meer op de hoogte tracht te komen van het ge
bruik der Artillerie dan op bovenbedoelde wijze mogelijk is, opdat
bij manoeuvres de leiders weten wat met hun Arrilierie te doen.
Bjj groote oefeningen in het terrein is de veldartillerie ook zeer
goed te bezigen, want ofschoon deze zich alleen langs gebaande wegen
of niet te steile hellingen kan voortbewegen (dat hebben de manoeuvres
in 1888 doen zien) is het leeren gebruiken van Artillerie in het
algemeen noodzakelijk voor toekomstige colonne- en expeditie-com
mandanten. Dat het nieuwere geschut zoo erg slecht niet is heeft
de Edi-expeditie bewezen.
Weldra zullen wij ons mogen verheugen in het bezit van stalen
achterlaadmortieren van 7,5cm; dat speelgoed zal de eigenschap be
zitten om met juistheid plongeereud vuur te kunnen brengen op dek
kingen of op troepen daarachter opgesteld. Jammer dat de
lieve zakmortiertjes (de mortieren Br. Coehoorn van 12cm.) geen
ooren hebben, teneinde de op hun bedoelde lofspraak te kunnen
genieten.
De schoonste eigenschap (behalve die waarmede zij in verschillende
oorden van onzen Archipel de vijanden uit hunne stellingen hebben
verdreven) is het gelukkig bezit van helderbrandende lichtkogels,
welke bij verschillende festiviteiten gebezigd worden.
Oude rotten schudden het hoofd bij de gedachte aan de invoering
der nieuwe mortierenmaar oude rotten zullen wel altijd het hoofd
geschud hebben, wanneer er iets nieuws werd ingevoerd; hebben
hunne hoofden niet geschud toen de achterlaadgeweren in aantocht
waren, en zullen die hoofden geen heen en weer gaande beweging
aannemen bij het denkbeeld aan manoeuvres met rookloos of rook-
zwak buskruit, gepaard met repeteergeweren? Zooveel nieuws nog
te leeren op hun ouden dagen die nieuwe tactiek
Trouwens mogen de jongeren van dagen niet altijd afgaan op de
denkbeelden van hun voorgangers; was er bijv. niet eens een oude
rot die verbaasd stond te kijken, dat met die mooie 12™. A. niet
kon gevuurd worden, omdat het sluitstuk er niet was Ondergeteekende
Dl. II, 1891. 16