DE EXPEDITIE NAAR KKRTOSONO IN OCTOBER 1825. Een vet liaalontleend aan een ons door bevriende hand afgestaan oud dagboek). In de Javasche courant van den 26™ October 1825 wordt het volgende vermeld: „Daarentegen zijn uit het Gouvernementsdistrict Djapan (in het Zuiden „der residentie Soerabaija) berigten ontvangen, dat de Djocjocartasehe „Tommangong van Kertosonno aangevangen heeft vijandelijke gezindheden „aan den dag te leggen en den Regent van Djapan bij brief uitgenoodigd „heeft, uit naam van den sultan van Djocjocarta (titel, welken de opstan deling Dipo Negoro heeft aangenomen) om met hem gemeene zaak „te maken." „Van de zijde van den Resident van Soerabaija zijn met overleg van den „Militairen Commandant onverwijld maatregelen genomen, ter verzekering „der grenzen aan dien kant. De kolonel Bonnelle heeft zich onverwijld „den 18en dezer s'morgens met ruim 300 man troepen en eenig veldgeschut „op marseh begeven naar het regentschap Djapan. Z. M. Fregat Eurydice, „hetwelk bereids onder zeil was om naar Batavia te stoomen, is vooreerst „teruggekeerd op de Rhede van Soerabaija, om eventueel het garnizoen „van die plaats te versterken." En in de courant van den 2™ November 1825: „Daar de vijandige gezindheid van den Djocjocartaschen Regent van „Kertosono genoegzaam gebleken was, hebben de Militaire Commandant „der 3° Groote Militaire Afdeeling en de Resident van Soerabaija het „geraden geoordeeld, geen aanval van zyne zijde op ons grondgebied af te „wachten, maar integendeel hem in zijn eigen land te straffen. Op den „22en October had de Resident Mr. Besier zich tot dat einde bij Boendar „over de rivier begeven, welke hier de grensscheiding maakt, verzeld alleen „van een bende gewapende Inlanders, in afwachting, dat de kolonel Bonnelle „met de troepen te Bandjir Jeger regt tegenover Kertosono zoude zijn

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 250